Afgestudeerden die bij de overheid gaan werken, hebben het daar na twee jaar wel gezien. Meer dan 40 procent van hen heeft ambities die ze bij de overheid niet kunnen realiseren.
Jonge, hoger opgeleide ambtenaren hebben kritiek op de inhoud van hun werk. Zo’n 85 procent is ontevreden vanwege de alom heersende bureaucratie: zij storen zich aan de trage politieke besluitvorming. Dat blijkt uit een enquête onder 135 jonge, hoger opgeleide ambtenaren die werd uitgevoerd door het Centrum voor Arbeid en Beleid in Groningen.
Van de jonge ambtenaren die op zoek zijn naar een nieuwe baan, wil ongeveer de helft naar het bedrijfsleven. Daar moeten ze sneller resultaten boeken, is hun verwachting. De andere helft wil iets anders binnen de overheid, want die staat ondanks de kritiek volgens hen toch garant voor afwisseling. Werken bij de overheid dient bovendien het ‘algemeen belang’.
In april van dit jaar bleek al uit onderzoek van het Amsterdamse onderzoeksinstituut SEO dat de beste jonge hbo’ers en academici kiezen voor een baan in het bedrijfsleven. Provincies en gemeenten moeten het doen met afgestudeerden van minder kwaliteit. Toch betalen ze deze ‘low potentials’ netto per uur net zoveel als de ‘hipo’s’ in het bedrijfsleven.
Maar kwaliteit beloont de overheid veel minder gul. Dat geldt zeker voor academici. Die verdienen na een paar jaar in het bedrijfsleven een hoger salaris dan ze als ambtenaar kunnen krijgen.
De overheid doet sinds kort haar uiterste best om meer afgestudeerden te werven. Er loopt inmiddels een campagne van enkele miljoenen guldens om het beroep van ambtenaar aantrekkelijker te maken. Zowel de rijksoverheid, gemeenten als provincies hebben steeds meer moeite om mensen te interesseren voor gespecialiseerde functies. (MtW/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?