De studenten van de Hogeschool Brabant zijn op veel onderdelen tevreden over het gebodene. Maar dat geldt niet voor de studenten van de PABO. Van hen zou 42,4 procent zich bij een pabo-opleiding aan een andere hogeschool laten inschrijven als men opnieuw zou mogen kiezen. Dat blijkt uit het studenten-tevredenheidsonderzoek 2002, waarvan de eerste resultaten vorige week werden gepubliceerd.
Het percentage van 42,4 procent spijtoptanten bij de PABO is extreem hoog. Bij andere faculteiten komt dit cijfer niet boven de 17,1 procent, en in het tevredenheidsonderzoek van twee jaar geleden scoorde ook de PABO nog vrij normaal met 15 procent.
Hoe de stemming precies is omgeslagen is niet onderzocht. Vaststaat, dat kort na de start van het studiejaar 2001-2002 de vlam bij de PABO-Breda in de pan sloeg. Docenten en studenten uitten massaal hun ongenoegen over de slechte organisatie en communicatie aan hun faculteit. Na een door 700 studenten ondersteunde handtekeningenactie gaf directeur Cor Hammen toe, dat men alle reden had tot klagen omdat er bij de start van het studiejaar veel was misgegaan. Hij stuurde bij wijze van gimmick iedereen een brief met een vlakgom met de mededeling dat de directie de valse start wel zou willen uitgummen. De problemen zouden worden aangepakt.
Blijkens de uitkomsten van het tevredenheidsonderzoek, dat een half jaar later plaats vond, heeft de gummetjesactie niet geholpen. De meeste oordelen van de PABO-studenten zijn aanmerkelijk negatiever dan twee jaar geleden. Ze hebben vooral kritiek op de inhoud en samenhang van het onderwijsprogramma, het gebrek aan flexibiliteit en spreiding van studiebelasting, de spaarzame uitdagingen tot zelfstandig studeren en de gebrekkige informatievoorziening.
De studenten van de overige faculteiten zijn tevredener dan hun PABO-collega’s. Met name geldt dat voor het hoofdstuk ‘inhoud en samenhang van het programma’.
Op de onderdelen ‘keuzemogelijkheden’ en ‘aantal contacturen’ viel hier wel enige kritiek te registreren, en op het onderdeel ‘inzage- en bespreekmogelijkheden na tentamens’ zelfs veel kritiek. Ook bij het hoofdstuk informatievoorziening is het juist het onderdeel ‘bekendmaking van studieresultaten’ dat negatief afsteekt.
De voorzieningen ten behoeve van het onderwijs blijven een zwak punt, al is de ontevredenheid iets afgenomen ten opzichte van twee jaar geleden. Over de beschikbaarheid van ruimten voor individuele onderwijsactiviteiten is bijna de helft van de studenten ontevreden tot zeer ontevreden. Ook ICT-voorzieningen, telefoon en winkelvoorzieningen laten te wensen over. Positief is men over de meeste les- en prakticumruimten.
Over de dienstverlening van medewerkers zijn de studenten over het algemeen positief. Dat geldt zowel voor mediatheekmedewerkers als receptionistes en conciërges. Over de laatste twee categorieën toont men zich zelfs ‘zeer tevreden’.
Na de zomer worden in de papieren editie van Impuls gedetailleerde resultaten gepubliceerd. In september volgt bovendien een cijferrapportage per opleiding. (FG)
Punt. Of had jij nog wat?