Er is een einde gekomen aan de tijd dat hoger opgeleiden hun loopbaan konden plannen vanuit een luie stoel. Uit de jaarlijkse Intermediair loopbaanenquête blijkt dat werkgevers niet langer hoge salarissen en optieregelingen gebruikten als lokspijs voor de hoog opgeleide starters.
Dankzij het zware weer waarin de economie is geraakt, stijgen de salarissen nauwelijks meer. Sterker nog, grote groepen werknemers zien hun reële koopkracht zelfs dalen. Een hbo’er met één jaar werkervaring verdient in 2002 gemiddeld 26.250 euro, een stijging van 0,8 procent. Een academicus met één jaar werkervaring incasseert in 2002 gemiddeld 29.405 euro, een stijging van 0,8 procent. Daartegenover staat een inflatie van 3,8 procent.
Natuurlijk is het niet in elke sector kommer en kwel. De gemiddelde inkomens van werknemers bij de overheid en in de gezondheidszorg stegen flink. Mensen met minder dan vijf jaar ervaring zagen er hun salaris stijgen met een gemiddelde van respectievelijk 7,8 en 10,8 procent.
Ook op andere arbeidsvoorwaarden wordt bezuinigd. Het gemiddeld aantal scholingsdagen daalde van 9,7 naar negen. Veel hoger opgeleiden maken bovendien reorganisaties mee (tweederde van de ondervraagden), een flink deel zag hoe collega’s noodgedwongen werden ontslagen (eenderde). Eén op de zes ondervraagden is bang dat hij zelf op korte termijn de laan uit wordt gestuurd.
Ondanks het beroerde economische klimaat zijn er nog altijd mensen die om een loonsverhoging vragen. Onder de deelnemers aan de enquête deed 27 procent dat. Driekwart van de vragers kreeg zijn zin.
Intermediair peilt jaarlijks de loopbaanperspectieven van hoger opgeleiden. Dit jaar deden maar liefst 20.000 mensen mee. (TdO/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?