De verplichting voor alle medewerkers van de Stichting Brabantse Hogescholen (SBH) om werk- en rusttijden te registreren is sinds gisteren van kracht, maar de beloofde software waarmee dat moet gebeuren is niet beschikbaar. Per e-mail is de medewerkers meegedeeld, dat de in opdracht van de HBO-raad ontwikkelde programmatuur niet voldoet, en dat uiterlijk 9 oktober andere software ter beschikking wordt gesteld.
Volgens P&O is het alternatieve programma, dat in eigen huis is ontwikkeld, eenvoudiger terwijl toch dezelfde keuzemogelijkheden voorhanden zijn. Ook zou het minder tijdrovend zijn en makkelijker technisch kunnen worden ondersteund. De medewerkers wordt verzocht straks met behulp van de nieuwe software de gegevens over de eerste periode in oktober achteraf in te vullen.
De invoering van de verplichte registratie gaat overigens niet van harte. De SBH liet afgelopen maand weten, dat zij samen met de HBO-raad vergeefs bij het ministerie van Sociale Zaken heeft aangeklopt om onder de verplichte tijdschrijverij uit te komen. Daarbij zou de HBO-raad hebben betoogd, dat ‘deze administratieve verplichting niet past binnen het moderne hoger beroepsonderwijs’. Het overleg heeft echter niet mogen baten. De SBH kreeg opgelegd, dat met ingang van 1 oktober een registratiesysteem moest zijn ingevoerd. In de mededelingen daarover aan het personeel heette het: ‘Het gekozen systeem wordt zorgvuldig geïmplementeerd en ingevoerd, op een manier waar zowel de SBH als de Arbeidsinspectie achter staan.’
Elders in het onderwijs heeft de aanscherping door de Arbeidsinspectie van de registratieverplichting de afgelopen maanden veel irritatie veroorzaakt. Zo weigert het Stedelijk Lyceum Enschede de registratie uit te voeren, omdat ze die betuttelend vindt en agressie bij het personeel zou oproepen. Een door de Arbeidsinspectie opgelegde administratieve boete van 4500 euro is door een begripvolle rechter inmiddels verlaagd naar 1000 euro voorwaardelijk. Het hoger beroep moet echter nog voorkomen, en in afwachting daarvan laat de Enschedese school de registratieformulieren in de kast liggen.
In een peiling onder Aob-leden bleek meer dan 90 procent de registratie af te wijzen. Toch zijn het juist de bonden die aan de bureaucratische maatregel vasthouden.
Een aangepaste regeling, zoals die ook voor tal van andere sectoren is opgesteld, zou de pijn van de bureaucratische rompslomp en de irritatie op de werkvloer kunnen verzachten. Maar volgens woordvoerder Gerard Willemsen van de AOb in het Onderwijsblad zijn het de werkgevers in het onderwijs die zich tegen zo’n aangepaste regeling verzetten. (FG)
Punt. Of had jij nog wat?