Fracties in de Tweede Kamer willen precies weten wat de rol in de ‘hbo-fraude’ is geweest van minister Van der Hoeven, toen zij in het bestuur van de TH-Rijswijk zat. De minister is in opspraak gekomen omdat de hogeschool, waarvan zij tussen 1999 en 2002 bestuurderd was, volgens de commissie Schutte voor 2,3 miljoen euro in de fout ging.
Naar de mening van Jacques Tichelaar, woordvoerder van de PvdA, komt Van der Hoeven niet weg met haar verweer gisteren, dat zij ‘niet inhoudelijk en niet in besluitvormende zin’ bij de onregelmatigheden was betrokken. Volgens hem moet het aan een kleine instelling als de TH-Rijswijk opvallen als plotseling de inkomsten met de forse bedragen toenemen waarop Schutte de vinger heeft gelegd. ‘Daar moet in het bestuur over gesproken zijn.’
Tichelaar vindt het onverstandig als de minister het bij haar verklaring laat. Hij verwees gisteren naar het voorbeeld van de voormalige minister Jorritsma, die zelf beschuldigingen over belangenverstrengeling via haar familiebedrijf door de Rekenkamer liet onderzoeken. De Rekenkamer zuiverde haar vervolgens van blaam.
Ook coalitiegenoot D66 vindt dat er meer duidelijkheid moet komen. Woordvoerder Ursie Lambrechts wil weten of Van der Hoeven ‘heeft zitten slapen’.
Volgens de eigen verklaring van de minister ontdekte zij pas in het voorjaar van 2002, toen de affaire rond het hbo op straat kwam, dat de Rijswijkse hogeschool mogelijk betrokken was. Ze heeft de rol van de instelling toen laten uitzoeken, en in haar hoedanigheid van kamerlid voor het CDA premier Balkenende op de hoogte gesteld. Enkele maanden later verliet Van der Hoeven de TH-Rijswijk omdat ze minister van Onderwijs werd. (FG)
Punt. Of had jij nog wat?