Studenten zijn momenteel vooral geïnteresseerd in banen bij grote concerns waar de arbeidsvoorwaarden dik in orde zijn. Maar de mensen die daar werken blijken niet zo tevreden.
Intermediair vroeg zesduizend studenten bij welk bedrijf ze later het liefst zouden willen werken. Ze zetten Philips op de eerste plaats, gevolgd door Shell en de banken ABN Amro, ING en Rabobank. Stuk voor stuk bedrijven die ook als het economisch minder gaat, uitstekende arbeidsvoorwaarden bieden. Hoge salarissen, pre-pensioen, boodschappenservice, thuiswerkfaciliteiten. Wat wil een starter nog meer?
Leuk werk, blijkt uit een vervolgonderzoek van Intermediair onder 4.613 werknemers van ruim dertig bedrijven over hun tevredenheid met hun werkgever. In de tevredenheid-top-vijftien is geen bank of multinational te bekennen. De eerste, ING, staat op de twintigste plaats.
De plaatsen één tot vier worden ingenomen door relatief onbekende advies- of consultancybureaus. De werknemers hebben er geen uitzonderlijk goede arbeidsvoorwaarden, moeten behoorlijk hard werken, maar zijn bovengemiddeld tevreden met de inhoud van hun werk, met de werksfeer en met hun doorgroeimogelijkheden.
Volgens Mirjam Baars, medewerker aan het Intermediair Tevredenheidsonderzoek, blijkt dat vrijheid en doorgroeimogelijkheden uiteindelijk zwaarder wegen dan hoge salarissen, bonussen, kortingen en ‘gemaksdiensten’.
Paul Boselie, docent personeelswetenschappen aan de Universiteit van Tilburg, voegt daar in Intermediair aan toe dat overdreven opgetuigde arbeidsvoorwaarden een verkeerd soort betrokkenheid kunnen kweken: ‘Werknemers willen niet meer weg, maar gaan ook niet harder lopen. De salarissen bij de banken, de kortingen op de hypotheek – het zijn gouden ketenen. Mensen kunnen letterlijk niet meer weg, omdat ze dan hun huis anders uit moeten. Ook niet als ze ontevreden zijn in hun werk en eigenlijk toe zijn aan een nieuwe uitdaging.’ (HC/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?