Met behulp van een donorauto gaan tweedejaarsstudenten Werktuigbouwkunde in Den Bosch een raceauto bouwen met een maximale snelheid van 277 kilometer per uur.
Initiatiefnemer is student Dennie Theunissen. Hij wilde zijn vrije studiepuntenruimte zinvol besteden. ‘Zelf een auto bouwen spreekt veel studenten aan. Het is zichtbare techniek.’ Het kostte Dennie dan ook niet veel moeite om vijf enthousiaste studiegenoten te vinden, die aan het project deelnemen.
De zes studenten laten zich inspireren door het model Ariel Atom , een type raceauto dat in Engeland wordt gemaakt. Het frame en het stangmechanisme ontwerpen de studenten zelf. Onderdelen zoals de motor, het remsysteem, de besturing en de wielen komen van een zogeheten donorauto. De studenten hebben al een donorauto op het oog, een peugeot 205 GTI. ‘We weten nog niet of de auto geschikt is en of ie niet te duur is’, zegt Dennie.
Over zeventien weken moet het ontwerp op papier staan. Aan het einde van het schooljaar wordt de kitcar, zoals een zelf gebouwde auto wordt genoemd, in elkaar gezet. Dennie denkt dat ze de eerste paar weken van de schoolvakantie moeten opofferen voor de bouw van de auto. ‘Dan kunnen we voltijd aan de slag, omdat er niemand is op school.’
En natuurlijk wordt de raceauto getest. Niet op de weg, want daarvoor wordt de auto niet goedgekeurd. ‘We kunnen nooit aan alle veiligheidseisen voldoen. Daarvoor is ons budget niet toereikend. We hebben maximaal 1500 euro en daarvan kun je geen volwaardige auto bouwen.’
Wel gaan ze een rondje op een circuit rijden. Kijken wat ze ermee kunnen. Het is de bedoeling dat ie net zo hard kan als een gewone raceauto. ‘Als alles goed gaat kan hij wel 277 kilmeter per uur halen, maar ik denk niet dat iemand van ons dat gaat uitproberen in een zelfgelaste auto.’ (CB)
Punt. Of had jij nog wat?