De studentleden van de nieuwgekozen Avans Medezeggenschapsraad (AMR) vergaderen vanavond over de rel die is ontstaan rond de kandidatuur van een van hen, Dennis van Nieuwenhuijzen, voor het voorzitterschap van de raad. Ambtelijk secretaris John de Wit van de medezeggenschapsraad verzet zich tegen een student als voorzitter.
Van Nieuwenhuijzen legt de actie van De Wit uit als zoveelste voorbeeld van het streven van sommige medewerkers om de positie van de studenten in de medezeggenschap te kleineren. ‘De wet op het hoger onderwijs is heel duidelijk: studenten en medewerkers hebben in de medezeggenschap ongedeelde rechten en plichten. Studenten kunnen gewoon voorzitter zijn. Dat is meermalen gebleken. Als je aan het Burgerlijk Wetboek al bezwaren zou kunnen ontlenen, dan gaat het bestuursrecht nog altijd boven het Burgerlijk Wetboek.’
De mail-actie van de ambtelijks secretaris wordt door Van Nieuwenhuijzen bestempeld als ‘onzin-mail’.
Hij valt bovendien over de adressering: behalve aan hemzelf was het bezwaar gericht aan de stafdirecteur Human Resource Management Teun van Beusekom en aan Marja Kamsma, lid van de Raad van Bestuur. ‘Dat zijn uitgerekend personen die zich ver moeten houden van de verkiezing van de voorzitter van de medezeggenschapsraad. Net als de ambtelijk secretaris zelf. Ik vind dat hij buiten zijn boekje is gegaan. Dat is de reden waarom ik de zaak in de openbaarheid heb gebracht.’
Het bezwaar van De Wit, dat een student-voorzitter van de medezeggenschapsraad geen functioneringsgesprekken met de ambtelijk voorzitter zou kunnen houden, wijst Van Nieuwenhuijzen resoluut van de hand. ‘Ik heb genoeg ervaring in diverse organen als de gemeenteraad opgedaan om te weten waarover ik praat. Een functioneringsgesprek kan ik net zo goed houden als de huidige voorzitter Ab Bobbink.’
Zijn krachtige stelingname voor meer invloed van studenten ziet de voorzitterskandidaat overigens niet als belemmering voor een toekomstige rol als ‘samenbindende’ voorzitter: ‘Ik ben altijd bereid om, als het moet, water bij de wijn te doen.’ (FG)
Punt. Of had jij nog wat?