Studentenbonden ISO en LSVb hebben geen vertrouwen in de experimenten met selectie aan de poort. Ze menen dat die te weinig voorspellende waarde hebben en willen hom of kuit van de Tweede Kamer.
Studenten selecteren voordat ze aan hun opleiding beginnen – daar zijn de bonden nooit vóór geweest. Toch hadden Jonathan Mijs (LSVb) en Evelien van Roemburg (ISO) de experimenten aan hogescholen en universiteiten een serieuze kans willen geven. Maar helaas kijken die volgens hen alleen naar het effect van selectie zonder dat duidelijk is of het gebruikte selectiecriterium wel voldoende voorspellende waarde heeft. De kernvraag ‘of selectie leidt tot betere resultaten of een snellere studievoortgang’ zou niet worden beantwoord. Dat kan volgens hen ook pas als de eerste lichting geselecteerden afstudeert. Tot die tijd zou selectie nog niet in de nieuwe wet voor het hoger onderwijs mogen worden opgenomen.
Dat selectie aan de poort kan dienen als tegenwicht voor de vermeende lage kwaliteit van de instroom in het hoger onderwijs, gaat er bij Van Roemburg en Mijs niet in. ‘Als het niveau van aankomende studenten te laag is, dient er wat te worden gedaan aan hun vooropleiding.’
De proeven met honours-programma’s – extra zware studietrajecten voor studenten die daarvoor geselecteerd worden na hun toelating – stuiten op minder principiële bezwaren. Maar deze topprogramma’s mogen niet ten koste gaan van het gewone onderwijs. De bonden willen dat accreditatieorganisatie NVAO dit controleert.
Van Roemburg en Mijs vinden dat de Tweede Kamer slechts twee opties resten: of ze eist betere experimenten, of ze houdt op met mitsen en maren en zorgt ervoor dat selectie aan de poort in de nieuwe wet komt. Een krappe parlementaire meerderheid van PvdA, VVD en LPF heeft daarvoor in 2004 al toestemming gegeven. De experimenten worden gevoerd op verzoek van regeringspartij CDA, die twijfelde aan het nut van selectie. Voor de experimenten was van 2004 tot en met 2007 vijf miljoen euro per jaar beschikbaar. (TdO/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?