De leerrechten voor bachelor- en masteropleidingen blijven wat staatssecretaris Rutte betreft strikt gescheiden. En de hoeveelheid leerrechten per student wil hij niet uitbreiden.
Coalitiepartij CDA had de staatssecretaris in februari verweten dat zijn nieuwe bekostigingsmodel op een kermis begon te lijken. Was het niet veel eenvoudiger om studenten straks maar één type leerrecht te geven? Dat zouden ze dan naar eigen goeddunken kunnen besteden aan bachelor- of masteropleidingen aan hogeschool en universiteit. Met als mogelijk voordeel dat ook de hbo-masteropleidingen bekostiging zouden kunnen krijgen.
Maar de staatssecretaris wil er niet aan. Hij heeft de Tweede Kamer schriftelijk laten weten dat studenten volgens zijn nieuwe wet aparte tegoedbonnen krijgen voor een bachelor- en een masteropleiding. Leerrechten die ze niet hoeven te spenderen aan hun bacheloropleiding kunnen niet worden meegenomen naar de master.
Over de hoeveelheid leerrechten worden Rutte en het CDA het evenmin eens. Het CDA ziet het liefst dat alle studenten leerrechten krijgen waarmee ze vijf of – voor bèta- en techniekstudies – zes jaar onderwijs kunnen inkopen. Studenten houden in dat plan één jaar leerrechten over. Maar de staatssecretaris voorziet problemen: ‘Als je zodoende het aantal bekostigde studenten uitbreidt bij een gelijkblijvend onderwijsbudget, daalt het bedrag dat instellingen per student krijgen. Ik wil niet dat het budget verwatert.’
Hij handhaaft bovendien zijn voorstel dat studenten leerrechten krijgen voor het aantal jaren dat hun opleiding duurt. Wie langer over zijn studie doet, heeft twee jaar uitlooptijd om zijn opleiding tegen een normaal collegegeld af te ronden. Is het diploma dan nog niet behaald, mogen opleidingen een marktconform collegegeld heffen van maximaal drieduizend euro. (TdO/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?