De Hogeschool Inholland verkleint de achterstand op de Hogeschool van Amsterdam, maar de twee onderwijsreuzen zijn nog altijd verliezer en winnaar in de slag om eerstejaars studenten.
Dat blijkt uit de vooraanmeldingscijfers van de Informatie Beheer Groep (week 23). Die geven een indicatie van de uiteindelijke instroom van eerstejaars bachelorstudenten bij de verschillende instellingen. Inholland had een paar maanden geleden zestien procent minder vooraanmeldingen dan in dezelfde periode vorig jaar, maar weet het verlies nu te beperken tot acht procent. De Hogeschool van Amsterdam stond aanvankelijk een kwart in de plus. De Amsterdamse winst is nog altijd fors, maar wel lager: zeventien procent.
In totaal is het aantal vooraanmeldingen in het hbo vier procent hoger dan vorig jaar. Van de grote hogescholen zitten de Hogeschool Rotterdam en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen boven dat percentage. Zij winnen dus terrein. Fontys, de grootste hogeschool van Nederland, blijft met 2,8 procent extra vooraanmeldingen onder het gemiddelde steken, net als de Hogeschool Utrecht (3,6 procent), Avans Hogescholen (1,3 procent) en de Hanzehogeschool Groningen (0,9 procent).
In de categorie hogescholen die iets kleiner zijn, kan de champagne alvast worden koudgezet bij de NHTV Internationale Hogeschool Breda (23 procent in de plus), de Haagse Hogeschool (vijftien procent) en de Hogeschool Leiden (elf procent). De Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (min 5,8 procent), Saxion Hogescholen (min 2,8 procent), Christelijke Hogeschool Windesheim (min 2,6 procent) en de Hogeschool Zuyd (min 2,3 procent) gaan er juist op achteruit.
Landelijk gezien is er een opvallende trend onder de grote studies: journalistiek en communicatie staan twaalf en tien procent lager in de vooraanmeldingen. Ook media & entertainment management gaat er momenteel negen procent op achteruit. Communication & multimedia design staat zes procent in de min.
Ook de studies facilitaire dienstverlening (min 16 procent) en sociaal-juridische dienstverlening (min tien procent) leveren terrein in. In de technische sector incasseren bouwkunde en werktuigbouwkunde drie procent minder vooraanmeldingen.
Vrijetijdskunde stijgt juist met stip: die opleiding heeft maar liefst 31 procent meer vooraanmeldingen. Hoger toeristisch & recreatief onderwijs schiet tot nu toe zeventien procent omhoog. Andere populaire studies zijn vormgeving (dertig procent omhoog), voeding & diëtiek (27 procent) en accountancy (veertien procent).
Bij de lerarenopleidingen is gymnastiek nog altijd behoorlijk in trek. Het aantal vooraanmeldingen stijgt er momenteel met negen procent. Er zijn acht procent meer aanmeldingen voor de opleiding tot leraar Engels. Opvallend is de toename bij de opleiding tot leraar wiskunde: dertig procent. Bij maatschappijleer maken ze het nog bonter: een toename in de vooraanmeldingen van meer dan de helft. Maar dat betekent slechts vijfentwintig studenten extra ten opzichte van vorig jaar. (BB/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?