De Universiteit Utrecht klimt één plaats op de wereldwijde Shanghai ranking van onderzoeksuniversiteiten en staat nu op de veertigste positie. Leiden volgt op enige afstand en staat, net als vorig jaar, op plaats 72.
Jaarlijks publiceert het Institute of Higher Education van de Shanghai Jiao Tong University een ranglijst met de beste onderzoeksuniversiteiten ter wereld. Dat gaat altijd met felle kritiek gepaard. Want wat zijn de criteria? Het aantal Nobelprijs- en Fields Medal-winnaars weegt bijvoorbeeld voor een vijfde van de totaalscore mee. Zelfs als de prijs tussen 1911 en 1920 is gewonnen, heeft hij nog enige invloed op dat onderdeel. Hoe prestigieus ook, na zoveel decennia zegt zo’n prijs eigenlijk niets meer over het heden.
Toch trekt de lijst wereldwijd aandacht en pronken de hooggeplaatsten met hun score. Harvard staat net als vorig jaar onaantastbaar bovenaan en loopt bovendien uit op zijn achtervolgers. Bij een totaalscore van honderd zakt de nummer twee, Cambridge, weg naar een score van 72,6. Vorig jaar was dat een puntje hoger.
In de bovenste regionen vertoeven verder the usual suspects: Stanford, Berkeley, MIT, California Institute of Technology, Columbia, Princeton, Chicago, Oxford, Yale enzovoorts. De eerste verschuiving komt pas op de plaatsen negentien en twintig, waar Tokyo University ten nadele van Johns Hopkins University een trede op de ladder stijgt.
Behalve Utrecht en Leiden staan er geen Nederlandse universiteiten in de wereldwijde top 100. De Rijksuniversiteit Groningen en de Universiteit van Amsterdam staan op een gedeelde honderdentweede tot honderdvijftigste plaats, samen met een hele kluit andere instellingen. Delft, Wageningen en de Vrije Universiteit horen bij de nummers honderdvijftig tot tweehonderd. De Erasmus Universiteit en de Radboud Universiteit moeten hun positie delen met 98 andere instellingen tussen de tweehonderd en driehonderd. Eindhoven, Maastricht en Twente zitten in de meute van drie- tot vierhonderd.
Binnen Europa ziet het er florissanter uit. Utrecht staat dan zesde en Leiden is de nummer 22. Groningen en Amsterdam horen bij de nummers 35 tot en met 56, Delft, Wageningen en de VU bij de nummers 57 tot en met 78. De EUR en de Radboud Universiteit staan tussen de instellingen op de plaatsen 79 tot en met 122.
De Universiteit van Tilburg, die er niet tussen staat, kan zich natuurlijk niet vinden in de methode van vergelijking die de Chinezen hebben gekozen. Zoals een woordvoerder zegt: ‘De nadruk ligt op de technische en exacte disciplines. Daar zijn wij niet op actief. Je kunt beter per vakgebied kijken, dan doet Tilburg het uitstekend. Instellingen laten zich niet vergelijken.’ (BB/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?