Slechts drie op de vijf vwo’ers gaat studeren aan de universiteit. Dat zou blijken uit een enquête van onderzoeksbureau TNS NIPO. Maar universiteitenvereniging VSNU merkt er niets van.
De particuliere hogeschool Schoevers vroeg TNS NIPO voor het derde achtereenvolgende jaar om onderzoek te doen naar het keuzegedrag van scholieren. Daaruit zou blijken dat afgelopen jaar slechts 61 procent van de vwo’ers voor de universiteit koos en 31 voor het hbo. In 2005 ging 81 procent van de vwo’ers naar de universiteit en in 2004 deed 71 procent dat.
Maar de steekproef is klein. Slechts 109 vwo’ers vulden de enquête in. De VSNU reageert dan ook laconiek: ‘De basis van het onderzoek is erg smal’, zegt een woordvoerder. ‘Wij merken niets van een daling. We hebben juist meer studenten ingeschreven. Het kan best zijn dat scholieren tegenwoordig iets andere keuzes maken, bijvoorbeeld onder invloed van nieuwe regels en de hoge druk om snel te studeren, maar daar zou je dan uitgebreider onderzoek naar moeten doen.’
Uit de enquête van TNS NIPO zou verder blijken dat meer dan driekwart van de vwo’ers internet gebruikt bij zijn studiekeuze, tegenover de helft van de havisten. Het bezoeken van een open dag doet 88 procent van de vwo’ers en 94 procent van de havisten. Vrouwen gaan vaker naar open dagen dan mannen (92 tegen 80 procent). Ongeveer de helft van de vwo- en havo-scholieren laat het oordeel van zijn ouders meewegen in zijn keuze. ‘Leuk’ is belangrijker dan ‘werk’. Meer dan een kwart laat de reputatie van een instelling zwaar meewegen in zijn keuze, maar bijna evenveel scholieren letten daar juist helemaal niet op. (BB/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?