Allochtone studenten die intensieve begeleiding krijgen en in een kleinschalige leeromgeving zitten, lopen minder snel achter op hun autochtone collega’s dan allochtonen op grote instellingen. Dat blijkt uit onderzoek van het Risbo, een sociaal-wetenschappelijk onderzoeksbureau van de Rotterdamse Erasmus Universiteit.
Het Risbo deed onderzoek op zes universitaire en acht hbo-opleidingen, onder meer door studenten, docenten, begeleiders en managers te enquêteren. Daarnaast werd gekeken naar de leeromgeving op de instellingen.
Op kleine instellingen die veel zorg aan hun studenten besteden, bleken de allochtone studenten geen leerachterstand te hebben op de autochtone. Volgens het Risbo blijkt daaruit, dat de omgeving waarin allochtone studenten presteren belangrijk is. Eerder werd altijd gedacht dat vooral de individuele omstandigheden van de student van belang waren.
Daarnaast is de poort voor allochtone studenten geen goede selectieplaats. De cijfers van allochtonen op het havo- of vwo-diploma, zeggen nauwelijks iets over de prestaties tijdens de studie. Bij autochtonen zijn die cijfers wel een goede graadmeter. In het hoger onderwijs wordt vooral geselecteerd op examencijfer.
Het instituut deed het onderzoek in opdracht van het Expertisecentrum Diversiteitsbeleid en werd op 3 november gepubliceerd.(RS)
Punt. Of had jij nog wat?