De invloed van de vereniging Beter Onderwijs Nederland lijkt met de week te groeien. Niemand minder dan premier Balkenende zei vorige week ‘hartstikke blij’ te zijn met de kritische bijdragen van BON-voorzitter Ad Verbrugge. ‘Die houden ons scherp.’
Balkenende gaf zijn compliment bij de presentatie van een speciale editie van Christen Democratische Verkenningen, het tijdschrift van het wetenschappelijke instituut van het CDA, gewijd aan de ‘nieuwe schoolstrijd’.
Voor- en tegenstanders van de BON-stelling dat het Nederlandse onderwijs verzuipt, krijgen in het tijdschrift ruimschoots de gelegenheid hun mening te geven over het nieuwe leren, de positie van docenten, de rol van managers en het belang van goede verantwoording.
In een door de redactie georganiseerd debat met Verbrugge – behalve BON-voorzitter ook universitair hoofddocent sociale en culturele filosofie aan de VU – zegt minister Van der Hoeven toe dat het aandeel management en overhead in het hoger onderwijs moet worden teruggedrongen. Volgens haar wordt daaraan ‘nu circa 30 tot 35 procent uitgegeven – dat moet afgelopen zijn!’, al voegt ze daar wel aan toe dat goed bekeken moet worden wat die overhead en dat management nu precies behelzen, ‘maar dat is een technische kwestie’. Een nieuwe norm noemt ze niet.
Verbrugge wil dat mega-hogescholen actief worden ‘gedefuseerd’ ten behoeve van de keuzevrijheid en de kwaliteit. Van der Hoeven geeft aan dat het ook in het hoger onderwijs mogelijk zou moeten zijn dat onderdelen van een instelling ‘op basis van gegronde redenen’ uit een geheel stappen. ‘Als het de kwaliteit van het onderwijs ten goede komt, dan vind ik dat erover gesproken moet kunnen worden. Dan moet het (college van) bestuur niet zonder meer “njet” kunnen zeggen.’ (HC/HOP)
Punt. Of had jij nog wat?