Second Life is een verslavende virtuele wereld voor de contactgestoorde computernerd. Een piramidespel dat draait om gokken en seks, zo denken critici. Wie zit er werkelijk op Second Life en hoe gevaarlijk is het?
De virtuele wereld van Second Life is een van de snelst groeiende gemeenschappen op internet. In mei 2006 waren er 165.000 gebruikers, de verwachting is dat dit aantal gegroeid is naar 7 miljoen in mei van dit jaar. Reden voor de Universiteit van Tilburg om samen met Prioritijd, de Tilburgse studievereniging van vrijetijdswetenschappen, een symposium te houden over Second Life.
‘De Second Lifer is hoog opgeleid en heeft een goede baan, meestal in de IT, communicatie of creatieve sector’, zegt David de Nood die als programmamanager van de ICT-denktank EPN onderzoek gedaan heeft naar Second Life. Het onderzoek van De Nood toont aan dat mensen met een Second Life midden in het echte leven staan. ‘De helft van de Second Lifers is vrouw, het merendeel heeft kinderen en zit vooral in de virtuele wereld om plezier te hebben en vrienden te maken.’ Uit het onderzoek komt seks als motief pas op een elfde plaats.
Hoewel 40 procent van de mensen op Second Life zegt dat ze verslaafd zijn, valt die verslaving reuze mee volgens De Nood. ‘Het is vergelijkbaar met mensen die graag boeken lezen. Een van de indicatoren van verslaving is het niet hebben van sociale contacten in de werkelijkheid. Uit het feit dat gebruikers van Second Life die wel hebben, kun je afleiden dat het niet verslavend is.’ De Nood vindt dat er wat dat betreft een onderscheid gemaakt moet worden tussen Second Life en online games zoals World of Warcraft. ‘Games zijn wel verslavend omdat je als speler een duidelijk doel hebt. Je moet vijanden verslaan om verder te komen. In Second Life ontbreekt elk doel.’
Het onderzoek dat De Nood gedaan heeft, wijst verder uit dat het hebben van een tweede, virtuele leven niet gelukkiger maakt. Maar 6 procent van de users voelt zich in Second Life gelukkiger dan in het echte leven. ‘Opvallend is dat 95 procent van deze groep in real life gehandicapt is.’ Op internet kunnen deze mensen alles wat ze in het echte leven niet kunnen en nog veel meer.
‘Second Life laat een versmelting zien tussen werkelijkheid en virtualiteit. Het is opvallend dat mensen hun eigen denkmodel meenemen naar Second Life. Zo zijn er fitnessstudio’s en zitten mensen zelfs op Second Life achter een pc’, zegt De Nood. De economie van Second Life, met zijn Linden dollars, is gekoppeld aan de werkelijke economie. Jaarlijks gaan er meer dan 78 miljoen Amerikaanse dollars om tussen Second Life en de werkelijkheid. Mensen betalen bijvoorbeeld grafische ontwerpers om voor hun Second Life huizen te maken.
Volgens Valerie Frissen, hoogleraar ICT en Sociale Verandering aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, voldoet Second Life aan de behoefte van de mens om te experimenteren met zijn eigen identiteit. ‘Het is een van de krachtigste middelen tegen eigen onzekerheid. Mensen zijn door de globalisering op zoek naar kleine gemeenschappen. In het verleden behoorde je bij geboorte tot een bepaald netwerk, bijvoorbeeld door het geloof en je familie. De moderne mens kiest voor zijn eigen netwerk. Second Life helpt daarbij.’
Frissen zet wel enkele kanttekeningen bij de versmelting tussen realiteiten. ‘Gaat dit niet leiden tot versplintering van identiteiten? Wat zijn juridische implicaties van gebeurtenissen op Second Life?’ De hoogleraar vindt dat daar nog onderzoek naar gedaan moet worden.
Dat nog niet iedereen een tweede leven heeft, blijkt uit een simpele telling in de grote collegezaal. Van de ongeveer 350 aanwezigen steken er zo’n twintig hun hand op als ernaar gevraagd wordt. ‘Beschamend’, zegt De Nood. Wel zijn veel mensen na het symposium nog nieuwsgieriger geworden naar de andere realiteit. Een aantal Tilburgse studenten is van plan dezelfde avond nog een account te gaan aanmaken. [AR]
Punt. Of had jij nog wat?