Alle prachtige motieven voor het nieuwe leren ten spijt, het adolescentenbrein is er niet klaar voor. Dat beweerde hoogleraar ‘hersenen en gedrag’ Jelle Jolles vandaag tijdens de jaarlijkse onderwijsdag van Avans Hogeschool. Terug naar het klassikale lesgeven hoeft ook niet, vindt hij.
De hersenen van jongeren zijn er nog helemaal niet klaar voor om zelfstandig doelen te stellen of keuzes te maken. Ze kunnen consequenties op langere termijn niet overzien.
Het was geen pleidooi voor een einde van het competentiegericht leren en de herijkte onderwijsvisie, vandaag officieel gepresenteerd, kon zijn goedkeuring wegdragen. Maar, zegt hij, het onderwijs zou veel meer rekening moeten houden met de ontwikkeling van het brein.
Een tentamen plannen om half negen ’s ochtends past bijvoorbeeld niet zo goed in het bioritme van de jongvolwassene. Die hecht nog niet zoveel aan structuur en eet, drinkt en gaat slapen als het hem uitkomt (liever niet te vroeg).
Ieder brein rijpt anders en de een ontwikkelt zich sneller dan de ander. Onder meer omgevingsfactoren spelen daarbij een rol. Daar zouden docenten rekening mee kunnen houden. Zo zijn er kinderen die dingen door middel van taal onthouden en andere die dat doen met behulp van beelden. Wiskundeleraren zouden kunnen samenwerken met gymleraren, noemt de hoogleraar als voorbeeld. ‘Laat ze sprongen van een meter maken, daar krijgen ze ruimtelijk inzicht van.’
‘Ik werk met techniekstudenten. Wij vragen hen aan het begin van een blok hun eigen doelen te bepalen. Dat vinden zij heel moeilijk’, vertelde een docent tijdens de workshop van Jolles. ‘Dat kunnen ze ook niet’, antwoordde de hoogleraar stellig. Daarom moeten ze er volgens hem bij geholpen worden. ‘De leraar moet daarbij een inspirerende rol spelen. Die kan jongeren bijbrengen om uitspraken te leren doen over de toekomst.’
Om kennis te kunnen genereren, moet je er ook kennis en beleving instoppen, meent de hoogleraar. ‘Je kunt ze wel bij elkaar zetten en hopen dat er iets opborrelt. Maar het borrelt niet op, want het zit er niet in.’ Hij komt zelf van de Universiteit van Maastricht, waar het zogenaamde probleemgestuurd onderwijs ontstond. ‘Dat gaat nu bij ons op de schop. Er komt een ander soort studiebegeleiding.’
Jolles vindt dat docenten er voor moeten zorgen dat leren ‘sexy’ wordt, dat je mag excelleren en dat je geen watje wordt genoemd als je een 8 voor een tentamen haalt.
De Onderwijsdag 2007 begon vanochtend met een presentatie, met daarin onder meer een film over de herijkte onderwijsvisie van Avans Hogeschool. Daarin ligt een accent op contact met de beroepspraktijk en wordt veel aandacht besteed aan de ontwikkeling van kennis.
Na een inleiding door Frans van Kalmthout, lid van de Raad van Bestuur, sprak Fons van Wieringen, voorzitter van de Onderwijsraad. Hij ging in op de eigenschappen die de huidige docent moet bezitten. Naast voor de hand liggende kwaliteiten als ‘kunnen enthousiasmeren’ en ‘interactief lesgeven’ vindt hij dat de docent bijvoorbeeld moet professionaliseren, een punt waar onderwijslector Ton Bruining later ook de nadruk op legde in zijn workshop.
Na de lezingen waren er workshops voor de ongeveer 400 aanwezigen. Die bestonden uit een mix van voorbeelden uit de praktijk die een link hebben met de nieuwe onderwijsvisie. [PM]
Punt. Of had jij nog wat?