Het aantal buitenlandse studenten in het Nederlandse bekostigde hoger onderwijs nam dit collegejaar met slechts vier procent toe. Vorig jaar groeide het nog met twaalf procent.
Aan de Duitse studenten lijkt die verminderde groei niet te liggen. Hun aantal steeg met bijna duizend naar een kleine 13 duizend. Van de 37 duizend buitenlandse studenten die staan ingeschreven vormen zij opnieuw verreweg de grootste groep (35 procent). China en België staan op twee en drie.
Wel plaatst de nieuwe monitor van ‘Internationale mobiliteit in het onderwijs in Nederland’ een kanttekening. De ruime verdubbeling van het aantal Duitsers in de statistieken sinds 2003 is voor een deel te danken aan de steeds betere telling van ‘grensmobiele’ studenten. Voorheen vielen deze studenten vaak in de categorie ‘onbekende nationaliteit’. Daarvan zijn er in de statistieken steeds minder terug te vinden.
In hoeverre daarmee ook de groei van het totale aantal buitenlandse studenten moet worden gerelativeerd, kon het Nuffic, een van de samenstellers van de jaarlijkse monitor, vandaag niet zeggen.
Het hbo telt op dit moment meer dan 22 duizend buitenlandse studenten en het wo ruim 14 duizend. De meesten volgen een studie in het economische domein, maar bij de universiteiten zijn ook de gedrag- en maatschappijstudies populair.
In vergelijking met andere landen is Nederland niet erg geliefd. Het percentage buitenlandse studenten lag in 2003-2004 twee procent onder het EU-gemiddelde (6,9). Duitsland scoorde het hoogst (11,2 procent) en Polen het laagst (0,4 procent).
De feminisering van het hoger onderwijs is ook bij de buitenlandse studenten in Nederland zichtbaar. In 1998-1999 was 46 procent vrouw, tegen 56 procent nu. [HC/HOP]
Punt. Of had jij nog wat?