‘Op enig moment houdt het hobbyisme op, omdat je anders ziek wordt.’ Over het nieuwe taakbelastingsmodel van de Academie voor Algemeen en Financieel Management (AAFM) in Breda zijn bij de academieraad stevige reacties van docenten binnengekomen.
De raad daarom alleen onder voorwaarden in met het model voor volgend jaar.
Volgens het model, dat aangeeft hoeveel tijd aan verschillende taken mag worden besteed, moeten AAFM-docenten volgend jaar een stuk efficiënter met hun tijd omgaan. Zo staat voor het opstellen van een tentamen volgend jaar vier uur gepland, tegen acht uur dit jaar. De tijd voor blokoverleg is teruggebracht van vijf naar nul uur. Voor sommige taken blijft het aantal geplande uren gelijk, maar over de hele breedte gaat het om een flinke bezuiniging.
De academieraad heeft daarom voorwaarden gesteld bij het instemmen met het model voor komend studiejaar. Zo moet er voor studiejaar 2008-2009 een nieuw model komen. Daarin moeten de resultaten worden meegenomen van een werkdrukmeting op de academie, die volgens de raad begin volgend jaar moet starten. In een eerdere vergadering liet adjunct-directeur Kors-Jan Snoeij al weten open te staan voor een dergelijk onderzoek.
De academieraad vroeg docenten en opleidingsteams om reacties op het door de directie voorgestelde model. Die kwamen vooral van de opleiding Management, Economie & Recht. ‘Een tentamen recht maken met correctiemodel lukt echt niet in maar vier uur; met al mijn ervaring heb ik daar zeker het dubbele voor nodig’, schreef een docent. Dezelfde docent noemt het door de directie voorgestelde urenplaatje ’totaal onrealistisch en onwerkbaar, tenzij we er met de pet naar gooien.’
Een andere docent schrijft dat het aantal contacturen klopt, maar dat de in het plan becijferde voorbereidingstijd alleen strookt met de werkelijkheid ‘zolang je maar steeds hetzelfde blijft doen’. De docent begeleidt studenten met het maken van portfolio’s en zegt: ‘Ik zag dat het aantal uren komend jaar teruggebracht is tot tien uur. Negen uur zijn kwijt. Dus wil ik graag van deze verantwoordelijkheid af.’
Raadslid Rik Doodkorte verklaarde zich als enige toch niet akkoord met de instemming. Hij kan zich niet verenigen met de gestelde tijd van vier uur voor het opstellen van een tentamen. Ook de regel die zegt dat elke docent 9 procent van zijn tijd aan eigen scholing mag besteden, maar dat dit alleen boven de 3,5 procent mag komen met een Persoonlijk Ontwikkelingsplan, kan zijn goedkeuring niet wegdragen. Volgens hem wordt dan achteraf verantwoording geëist voor scholingstijd waar docenten gewoon recht op hebben.
AAFM-docenten kampen volgens de academieraad al enige jaren met een sterk verhoogde werkdruk. Een nieuw model verandert daar volgens Doodkorte weinig aan. ‘Waar halen wij de illusie vandaan dat we over een halfjaar een beter model hebben?’ [RS]
Punt. Of had jij nog wat?