Hoe zien we het thema ‘arbeid’ terug in de beeldende kunst? Willem de Lange, lector HRM, beantwoordde die vraag in zijn lectorale rede ‘The noble art of work’. Deze hield hij afgelopen vrijdag in museum De Pont in Tilburg.
De Lange doet met zijn lectoraat onderzoek naar sociale innovatie, maar daarover wordt tijdens zijn rede weinig gesproken. Hij houdt liever een leuk verhaal waarbij hij zijn passies, kunst en arbeid, kan verenigen. ‘Omdat ik veel kunstwerken laat zien, zal ik tijdens deze rede vaak iets doen wat ik niet gewend ben, namelijk zwijgen’, kondigt De Lange van tevoren aan.
De Lange neemt de bezoeker mee naar de eerste helft van de negentiende eeuw en toont de landschappen van John Constable, Caspar David Friedrich en William Turner. De Lange noemt die periode ‘De grote leugen’, omdat er in de salons prachtige landschapsschilderijen prijken, terwijl arbeiders en kinderen onder slechte omstandigheden moeten werken.
Vanaf 1850 komt er een einde aan de periode van de romantiek en schilders als Jean François Millet en Jozef Israëls ontdekken de arbeider als onderwerp voor hun schilderijen. Er komt kritiek op het feit dat de arbeider zo’n centrale plaats in hun werk inneemt, maar de term ‘realisme’ zien de kunstenaars als een geuzennaam. De arbeider krijgt in hun schilderijen bijna iets heroïsch.
In de twintigste eeuw vindt er volgens De Lange een verbetering van de arbeidsomstandigheden plaats en is er een positieve en een negatieve stroming. De negatieve stroming zou je kunnen aanduiden met de term ‘Verelendung’. Dat is terug te zien in ‘De opstand der wevers’ van Käthe Kollwitz, waarin je de kromgebogen, machteloze wevers met afgetobde gezichten ziet langstrekken. Aan de andere kant is er het positieve, communistische oogpunt. Peter Alma verheerlijkt het idee van solidariteit onder de arbeiders en beeldt hen werklustig met een spade en ander gereedschap af.
In zijn lezing noemt De Lange de verschillende aspecten van arbeid. Die vind je ook terug in de kunst. Er is sprake van uitbuiting, jaagproductie en vervreemding, maar aan de andere kant is er ook zelfontplooiing en persoonlijke ontwikkeling. De film ‘Modern Times’ van Charlie Chaplin steekt de draak met massaproductie, terwijl in Bert Haanstra’s documentaire over de Leerdamse Glasfabriek het vakmanschap van de arbeider in beeld wordt gebracht.
Na het houden van de rede werd De Lange officieel geinstalleerd als lector Human Resource Management. [MvD]
Punt. Of had jij nog wat?