De vijf grote hogescholen in de Randstad hebben de komende zes jaar 64 miljoen euro nodig om hun allochtone studenten beter te kunnen begeleiden.
Van de 45 duizend halen er nu 25 duizend de eindstreep niet.
Niet-westerse allochtone studenten doen gemiddeld langer over hun opleiding dan autochtone. Bovendien valt 55 procent tussentijds uit, tegen 35 procent van de autochtone studenten. Dat kost vooral de Hogeschool van Amsterdam, Hogeschool Inholland, de Haagse Hogeschool, de Hogeschool Utrecht en de Hogeschool Rotterdam veel geld, schreven ze vorige week in een notitie aan minister Plasterk. Twintig procent tot een kwart van hun jaarlijkse instroom is namelijk allochtoon en samen leiden ze tweederde van alle niet-westerse allochtone hbo’ers op.
De Randstadhogescholen rekenen voor dat ze 65 tot zeventig miljoen euro meer bekostiging zouden ontvangen als ze alleen maar autochtone studenten zouden opleiden. Maar omdat ook hogescholen buiten de Randstad met uitvalproblemen onder allochtonen kampen, denken ze samen een financieringsachterstand van 45 miljoen euro te hebben.
Ze willen echter méér doen dan alleen hun eigen financiële achterstand inlopen. Om het verschil in uitval tussen autochtone en allochtone studenten weg te werken denken ze de komende zes jaar zeker 64 miljoen euro extra nodig te hebben.
De vijf zijn bereid streefcijfers af te spreken over de verbetering van instroom, doorstroom en uitstroom van allochtonen. Halen ze hun doelstellingen niet, dan mag het ministerie geld inhouden of zelfs terugvorderen.
In de notitie doen de hogescholen alvast enkele plannen uit de doeken. Zo willen ze de instroom van allochtonen verhogen door bijspijkercursussen in basisvakken als wiskunde en Engels aan te bieden. Betere studieloopbaanbegeleiding en een ruimer aanbod van stageplaatsen moet de doorstroom verbeteren. En de hulp van het bedrijfsleven wordt ingeschakeld om afgestudeerden sneller een baan op niveau te bezorgen. [TdO/HOP]
Punt. Of had jij nog wat?