In het besturingsmodel van Avans Hogeschool hebben academies een directeur en daarnaast een adjunct-directeur als de grootte van de academie dit rechtvaardigt. De diensteenheden, zoals de Diensteenheid Personele en Administratieve Ondersteuning (DPAO), hebben enkel een directeur.
Maar daar wordt volgens de AMR veel te vaak van afgeweken. Zo heeft de Diensteenheid Marketing, Communicatie en Studentenzaken een adjunct-directeur erbij gekregen en de Academie voor Management en Bestuur in Den Bosch heeft twee adjunct-directeuren.
Deze aanstellingen tasten in de ogen van de medezeggenschapsraad het besturingsmodel aan. Daarom werd gisteren niet ingestemd met het verzoek van Marja Kamsma, lid van de Raad van Bestuur, om bij DPAO een tweede directeur aan te stellen. Die zou dan verantwoordelijk worden voor de P&O-tak van de dienst, die nu geleid wordt door interim-directeur Rob Mooten. De andere directeur van DPAO, voor financiën en studentenzaken, is Ton Cristophersen.
Docent-lid René van Arendonk vindt dat er eerst een evaluatie van het besturingsmodel moet komen. Nu lijkt het erop dat daarvan willekeurig kan worden afgeweken en dat is volgens de medezeggenschapsraad niet wenselijk. ‘Er is destijds gekozen voor een smalle top en een brede basis’, legt AMR-voorzitter Birgit Croft uit. Maar als er steeds meer directeuren en adjunct-directeuren bijkomen op plekken waar dit niet de bedoeling was, komt daar weinig van terecht, meent de voorzitter. [PM]
Punt. Of had jij nog wat?