Dinsdag 5 februari is een belangrijke dag in de aanloop naar de verkiezingen van het Amerikaanse presidentsschap eind dit jaar. Op die dag, Super Tuesday genaamd en door insiders ook wel Tsunami Tuesday genoemd, zullen er in, naar verwachting, 24 staten voorverkiezingen of caucuses worden gehouden. Deze dag geeft daarom een goede indicatie wie de kandidaat voor de Republikeinen en wie de kandidaat voor de Democraten zal gaan worden in november dit jaar. Uiteraard zijn de verkiezingen een Amerikaanse aangelegenheid, maar meer dan ooit tevoren is de interesse van buiten Amerika voor deze verkiezingen groot.
Deze grote belangstelling vanuit het buitenland heeft een aantal oorzaken. Zo meldt de Herald Tribune bijvoorbeeld dat het buitenlandbeleid onder huidig President Bush de wereld heeft aangetoond dat datgene wat er binnen Amerika gebeurt net zoveel invloed heeft als wat er daarbuiten zal plaatsvinden. Verder spelen de profielen van de huidige kandidaten een grote rol in de toenemende belangstelling voor de Amerikaanse verkiezingen. Zou er werkelijk een vrouw President van Amerika kunnen worden? Of een zwarte Amerikaan? Vragen die ook de Amerikanen verdelen, want welke kandidaat vertegenwoordigt nu echt het imago zoals Amerika dat graag ziet?
Een rondje langs de kandidaten geeft in ieder geval de volgende bijzonderheden: Barack Obama, Democraat, was de enige kandidaat die van begin af aan tegen de oorlog in Irak was. Hij noemde deze oorlog zelfs een “domme oorlog”. Hoewel dit gegeven een mooi stookpaardje had kunnen zijn voor Obama is er tijdens de voorverkiezingen weinig succes mee te halen. Het gaat op dit moment zo goed in Irak dat de Democraten dit onderwerp liever vermijden om de Republikeinen op die manier wind uit de zeilen te halen. Interessant is wel dat wanneer Obama President wordt hij de eerste president is van na de baby boom generatie.
Hillary Clinton gebruikt een echte kameleontactiek tijdens de voorverkiezingen. Hoewel zij net als haar man Bill behoorlijk links is in haar beleid zal zij dit nooit openlijk naar buiten toe brengen in haar verkiezingscampagne. Teveel Amerikanen zijn hiervoor rechts georiënteerd. Om te voorkomen dat Clinton niet een meerderheid tegen haar krijgt zal ze dus minder van haar ware gezicht laten zien totdat ze eenmaal veilig en droog in het Witte Huis zit
Tegenover deze twee kleurrijke Democratische kandidaten hebben de Republikeinen nog geen echte tegenkandidaat. Mitt Romney, Rudy Giuliani en Mike Huckabee halen het qua uitstraling bij lange na niet. Romney, een zeer conservatieve Republikein lijkt ondanks zijn overwinning in zijn geboortestaat Michigan bij voorbaat kansloos. Hij is qua geloof mormoons en dat werkt domweg niet in overtuigd Christelijk Amerika.
Mike Huckabee heeft in tegenstelling tot Romney een linkser beleid met name ten aanzien van de economie. Gezien de recessie die dreigt over het land dat ooit het rijkste was van de wereld zou hij voor de Republikeinen de meest geschikte kandidaat zijn om naar voren te schuiven. Rudy Giuliani was na zijn afgang deze week in Florida zo goed als afgeschreven en heeft inmiddels afscheid van de campagne genomen. De meest luie kandidaat tot dusverre die gokte op New York vanwege zijn burgermeesterschap in New York City en Florida heeft nu zo’n grote achterstand op de andere twee Republikeinse kandidaten dat zelfs Super Tuesday daar weinig verandering in kan brengen vandaar zijn afscheid.
Hoewel de Democraten goed lijken te zitten met hun kandidaten in vergelijking tot het Republikeinse kamp, kan het zomaar zijn dat juist het voordeel van de Democraten ombuigt in een groot nadeel. Wanneer bijvoorbeeld, mede door Super Tuesday, duidelijk is geworden wie de Democratische kandidaat zal worden eind dit jaar, maar nog niet welke Republikein daar tegenover gezet zal worden, kan het gebeuren dat pas in Augustus bekend wordt wie de strijd met de Democratische eindkandidaat aangaat. Als dat gebeurt dan heeft de Democratische kandidaat gedurende de zomerperiode geen enkel idee tegen wie hij of zij campagne moet voeren. Wanneer dan pas in augustus de Republikeinse kandidaat eindelijk bekend is gemaakt zal hij zoveel media aandacht krijgen dat dat vervolgens weer kan leiden tot een boost voor de Republikeinen terwijl de Democratische kandidaat dan al uitgekauwd is voordat de werkelijke strijd goed en wel is begonnen.
De onderwerpen waar de kandidaten elkaar het meest mee zullen bestrijden zijn de eerder genoemde recessie, gezondheidszorg en de buitenlandpolitiek.
De recessie spreekt voor zich, de gezondheidszorg is toch wel een verhaal apart. Waar wij in Nederland gewend zijn om onze medicijnen en medische behandelingen voor een groot deel vergoed te krijgen op basis van verzekering en zorg, is het in Amerika simpelweg ieder voor zich. Mensen moeten, zeker door de economische teruggang, letterlijk keuzes maken tussen of eten kopen of medicijnen. In de wetenschap dat het spaarpercentage van Amerikanen gemiddeld een half procent is, moge duidelijk zijn dat er dus nauwelijks geld is om een rustig bestaan op te bouwen voor de oude dag. Steeds vaker laat het straatbeeld mensen zien die met kartonnen borden langs de weg staan smekend om een baantje of geld voor voedsel of medicijnen.
Natuurlijk is er geld om de Amerikaanse bevolking te helpen bij het verkrijgen van medicijnen of medische hulp, maar dat geld komt pas vrij wanneer de oorlog in Irak ervoor wordt stopgezet. Tot nu toe zijn het slechts de Democraten die hier openlijk voor uitkomen daar een einde aan te maken. Clinton is hier het meest duidelijke in: Voor het eind van 2009 is wanneer zij de scepter zwaait in Washington DC de oorlog in Irak voorbij.
Clinton’s rivaal Obama valt op door zijn voor Amerikaanse begrippen baanbrekende buitenland beleid. Hij heeft aangekondigd de communicatie met landen als Noord-Korea en Iran aan te gaan ook al behoren zij tot de zogenaamde as van het kwaad.
Beslissend in de strijd tussen een Democratische of Republikeinse president kan de staat Ohio zijn. Traditioneel gezien een Republikeinse staat, maar de laatste paar jaar neigt de bevolking naar een radicaal andere koers. Een rondje langs de universiteiten leert dat bijvoorbeeld op de grootste universiteit van de staat, Ohio State University de studenten echt voor een democratische president zijn. Datzelfde geldt ook voor de kleinere universiteiten Miami of Ohio, Kent State en Bowling Green State University. Op laatsgenoemde is Obama veruit populairder dan Clinton.
Het is natuurlijk niet verwonderlijk dat juist in deze tijd waarin het imago van de Verenigde Staten op zijn dieptepunt lijkt te zijn dat de rest van wereld nu wel eens wil weten hoe de Amerikanen dit gaan oplossen. Het liefste zou iedereen willen stemmen op de volgende Amerikaanse President, maar het zijn enkel de Amerikanen die het voor het zeggen hebben. Om te beginnen op 5 februari aanstaande waarin voor een groot gedeelte duidelijk zal zijn wie in november zullen strijden voor de belangrijkste baan ter wereld.
Punt. Of had jij nog wat?