Het is een verhaal apart: voor zijn scriptie oordeelden twee examinatoren onafhankelijk van elkaar al totáál verschillend. De één vond de scriptie een 4,6 waard, de ander gaf maar liefst een 8,7. Bedrijfseconomisch was de scriptie prima, maar bedrijfskundig eigenlijk niet. Tijdens de zitting van het College van Beroep, het onafhankelijke rechtsorgaan van Avans Hogeschool, bleek dat er geen regels voor deze situatie bestaan bij de Academie voor Deeltijd, waar de zaak zich afspeelt.
De student kreeg een voldoende voor zijn scriptie: het gemiddelde van 6,9 geldt als eindcijfer. Het bedrijf was tevreden over de uitwerking en gaf een 7. Maar bij de verdediging van de scriptie ging het tot twee keer toe mis. De examencommissie vond de scriptie op bepaalde punten te zwak, daarom al had de student geen deugdelijke verdediging kunnen houden. Zij adviseerde het afstudeertraject opnieuw in te gaan. Maar volgens de regels kan de opleiding de voldoende voor de scriptie niet meer afpakken.
Het College van Beroep voor de Examens wierp tegen dat er ook over een nieuwe scriptie weer een verdediging moet volgen, die de student mogelijk dezelfde problemen opleveren. Was het een gebrek aan kennis of sloeg de student dicht? ‘Ik ben niet de meest zekere persoon en beïnvloedbaar door de manier van vragen stellen. Het gaat me niet makkelijk af’, gaf hij te kennen.
Wat vond hij eigenlijk zelf van zijn verdediging? ‘De eerste keer was een ramp. De tweede keer ging soepeler. Ik dacht het toen wel te hebben gehaald.’ De examencommissie vond van niet. ‘De student kon zijn gemaakte keuzes niet goed uitleggen. De link leggen tussen theorie en praktijk, wil hem maar niet lukken. Het onderwerp is waarschijnlijk te ingewikkeld.’
De student gaf aan door te willen gaan met de huidige scriptie, maar ook dat kon niet. Die mag hij niet meer aanpassen, omdat het bedrijf daar dan geen zicht op heeft. Juist dat bedrijf moest op de hoogte zijn van de inhoud en het resultaat goedkeuren, wat al is gebeurd.
Uiteindelijk besloot het college dat een uitspraak weinig zinvol is. Die biedt immers geen oplossing uit de impasse. De twee partijen moeten aan tafel tot een oplossing komen, want iedereen is gebaat bij het afstuderen van de student. Afgesproken werd de student nog één kans te geven om de huidige scriptie te verdedigen. Door een docent wordt hij hiervoor klaargestoomd. Lukt dit niet, dan moet er toch een nieuwe scriptie komen. [EvG]
Punt. Of had jij nog wat?