Gisteren maakte minister Plasterk bekend dat hij dergelijke kleding op alle scholen wil verbieden. Die belemmert de communicatie en het leerproces. Ook de veiligheid en de sociale integratie van de leerlingen zouden er niet mee zijn gediend.
Nu al hebben individuele scholen het recht om een verbod op te leggen. De spaarzame keren dat ze dat volgens de minister deden – betrouwbare cijfers ontbreken – waren er wel verschillen in de uitvoering. Om rechtsongelijkheid te voorkomen kan er daarom beter een landelijke norm komen.
De wetswijziging die medio 2009 naar de Kamer gaat, zal niet voor het hoger onderwijs gelden. Daar lopen geen leerplichtige kinderen rond die zonder dit te willen met bedekte gezichten worden geconfronteerd, schrijft de minister. 'Bij hoger onderwijs gaat het in principe om volwassenen die zich uit eigen beweging naar een instelling begeven.' De instellingen hebben bovendien voldoende juridische middelen om zelf een verbod in te stellen. Ze kunnen daarbij gebruik maken van artikel 7.57h van de wet op het hoger onderwijs: het vaststellen van huisregels en ordemaatregelen met betrekking tot 'de goede gang van zaken in de gebouwen en terreinen van de instelling'.
Vakbond CNV-onderwijs vindt het jammer dat het verbod niet ook voor het hoger beroepsonderwijs geldt. Immers, ook het vinden van een stageplaats wordt door gelaatsbedekkende kleding belemmerd. Maar de hogescholen – en ook de universiteiten – zien niets in een algemeen verbod. 'Wij kennen geen instellingen waar dit probleem speelt. En als het zich ooit heeft voorgedaan, dan is men er kennelijk in een individueel gesprek uitgekomen', aldus een woordvoerder van de HBO-raad. [HC/HOP]
Punt. Of had jij nog wat?