De AFM komt al jaren bij studententevredenheidsonderzoeken heel goed uit de bus. Die positie is alleen te handhaven als er actief beleid voor wordt gevoerd, is zijn overtuiging. Als studenten een 6 of 7 geven, is dat eigenlijk onverschilligheid, is zijn mening. ‘Het is niet goed, het is niet slecht en er zitten veel pijnpunten onder. Daarom zijn wij bij de uitkomsten van STO (Studententevredenheidsonderzoek, red.) terugploegbewegingen gaan maken. Als een student zegt dat hij tevreden is over de opleiding, dan vragen wij “waarom dan?”.’
Verschil maken
De directeur pleit er binnen zijn academie voor om te gaan voor een 9+. Niet op alle onderdelen, maar voor enkele. ‘We willen het verschil maken. Dat betekent niet dat je in alles hoeft te excelleren, maar wel op een aantal punten’, meent Ten Kortenaar. De blokcoördinatoren moeten van hem in het businessplan aangeven op welke onderwerpen ze een 9+ willen halen.
Ten Kortenaar was een van de sprekers tijdens de SpotLIChtbijeenkomst donderdag 5 februari in Breda. Die ging over het nut van tevredenheidsonderzoeken. Onder meer Rick Lamers van de afdeling Beleidsevaluatie & Control vertelde wat op het niveau van de Raad van Bestuur met de uitslag van het STO wordt gedaan. Stijn Mattheij van de Academie voor de Technologie van Gezondheid en Milieu gaf een lezing over hoe zijn academie de cijfers verwerkt en verbeterplannen opzet.
Klein geneuzel
Wat maakt een student nu tevreden? Daar werd lang over gediscussieerd. Kleine kwaliteiten, zoals goede roostering, tellen zwaar mee, meent Ten Kortenaar.
‘Het is de X-factor’, zei onderzoeker Wil Kwinten van het Leer- en Innovatiecentrum (LIC). Hij denkt dat ‘sfeer’ heel belangrijk is. Het is opvallend dat bijvoorbeeld een relatief nieuwe opleiding als Communication & Multimediadesign, die veel organisatorische problemen kende, toch heel goed uit de bus komt. Waarschijnlijk omdat de studenten zich betrokken voelen bij de opleiding. ‘Je ziet bij alumni dat ze achteraf positiever over de opleiding zijn. Dat kleine geneuzel zijn ze dan vergeten’, meldde Kwinten.
Evaluatieterreur
Dat er sprake is van ‘evaluatieterreur’, daar was iedereen het wel over eens. ‘Er gaat geen week voorbij dat studenten geen enquêtes in hun postvak vinden’, zegt Ten Kortenaar. ‘Maar ja, je wilt het toch weten.’
Het is belangrijk om uitslagen terug te kopppelen, om studenten gemotiveerd te houden, zei LIC-medewerker Marjo Stevens. Kwinten merkte op dat er plannen zijn om het STO en de Nationale Studenten Enquête (NSE) samen toe voegen. [PM]
Punt. Of had jij nog wat?