Dat blijkt uit een nadere beschouwing van cijfers die de HBO-raad naar buiten heeft gebracht. Daarin maakt de raad onderscheid tussen studenten die voor het eerst aan een hogeschool komen studeren en studenten die hun geluk al eerder ergens anders hebben beproefd.
Succes stijgt
Na vijf jaar studeren heeft bijna tweederde (65,6 procent) van de vrouwen het hbo-diploma op zak. Maar als ze van hogeschool wisselen, stijgt hun succes. Van de wisselaars haalt zeventig procent het diploma in vijf jaar. Na acht jaar studeren is het verschil enigszins afgevlakt, maar nog altijd duidelijk.
Logisch, zou je denken. Wie na het eerste jaar voor een andere opleiding kiest, heeft al een jaar studiefinanciering verspild en wil geen vertraging meer oplopen. Maar als het zo logisch is, zou het ook voor de mannen moeten gelden. En mannen gaan er juist op achteruit.
Laag rendement
Van de mannen haalt binnen vijf jaar nog niet de helft (49,9 procent) het hbo-diploma. Als ze zijn overgestapt van een andere hogeschool, dan is het rendement nog lager: 47,2 procent. Ook na acht jaar studeren blijkt het overstappen voor mannen geen gelukkige keuze.
Overigens verschillen de cijfers per hogeschool. Zo is het studierendement van wisselmannen tien à veertien procent lager bij grote hbo-instellingen als de Hanzehogeschool Groningen, Hogeschool Inholland, Windesheim en Hogeschool Zuyd. Maar ze gaan er juist drie à vier procent op vooruit bij de Hogeschool van Amsterdam, de Hogeschool Utrecht en Saxion Hogescholen.
Keuze niet altijd even gelukkig
Ook voor vrouwen pakt de keuze niet altijd gelukkig uit. Bij de Hogeschool Inholland en de Hogeschool Zuyd doen de vrouwelijke overstappers het gemiddeld ietsje minder goed. Bij de Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool Utrecht gaan ze er juist meer dan gemiddeld op vooruit.
Natuurlijk zegt dit niet alles. Zelfs inclusief de ‘wisselwinst’ is het rendement van de HvA-vrouwen lager dan dat van de Inholland-vrouwen. Altijd even zelf nadenken voordat je overstapt. [BB/HOP]
Punt. Of had jij nog wat?