Niet de zedendelinquent staat bij deze methode centraal, maar het voorkomen van nieuwe zedenslachtoffers. Het zogeheten Cosa-project staat voor Cirkels voor Ondersteuning, Samenwerking en Aanspreekbaarheid. Op Avans was deze maand een lunchbijeenkomst van het Expertisecentrum Veiligheid om deelnemers, zoals de gemeentes Den Bosch en Eindhoven, op de hoogte te stellen van de vorderingen van het project.
Zedendader terug in gemeente
Het Expertisecentrum Veiligheid krijgt bij deze proef subsidie van het Ministerie van Justitie. Jeanne Caspers, van Reclassering Nederland, heeft het oorspronkelijke project uit Engeland vertaald naar de Nederlandse situatie. ‘Het is leuk als het in Engeland werkt, maar nu nog hier’, sprak ze. ‘De centrale vraag is: wat te doen als een zedendader terugkomt in een gemeente.’
Vrijwilligers hebben een centrale positie in de methode. De hulpverleners zijn met de behandeling bezig. ‘Vier tot zes vrijwilligers staan centraal, die vormen de binnenste cirkel. Dat zijn extra ogen en oren rondom de zedendader. Zo wordt hij beter gemonitord. Isolement en emotionele eenzaamheid zijn oorzaken die kunnen leiden tot recidive’, legt Caspers uit. Zo zijn er meerdere zogeheten cirkels actief rondom de dader.
Geen geheimen
De vrijwilliger leert de zedendader een gezonde volwassen relatie op te bouwen. ‘Zorg en menselijkheid staan voorop. Vrijwilligers gaan anders met ze om dan de hulpverleners. De bedoeling is dat ze met de vrijwilligers alles delen en geen geheimen hebben.’ Dat alles om het aantal gevallen van recidive te verminderen.
‘Er zijn vrijwilligers die zich aanmelden “en er wel raad mee weten”. Dat zijn niet de vrijwilligers waar wij naar op zoek zijn. Het is een moeilijk onderwerp en we moeten dus zorgvuldig zijn’, schetst Caspers. Vrijwilligers worden vooraf getest met onder meer een assessment. Ze moeten gesprekken voeren over seksualiteit. ‘Ze moeten ook leren wat risicofactoren zijn. We moeten er met z’n allen voor zorgen dat er niets gebeurt.’
Start eind dit jaar
De aanleiding om Cosa in Nederland te introduceren is het grote succes van deze methode in Engeland en Canada. Na zeven jaar is in Engeland bijna geen recidive meer bij zedendaders, vertelt Caspers. In Canada heeft het geleid tot zeventig procent minder recidive. ‘Wel komt het soms voor dat een gestopte cirkel opnieuw opgestart wordt bij een terugval.’
De eerste handboeken en protocollen voor Nederland zijn inmiddels klaar. ‘We willen nu een netwerk ontwikkelen voor een proefcirkel, die eind dit jaar start. Loopt dat goed, dan komt er snel een tweede en derde cirkel.’ In 2010 of 2011 is het de bedoeling om ook cirkels in andere regio’s op te starten. [EvG]
Punt. Of had jij nog wat?