Vijf jaar bracht hij door in de gevangenis. Pedro werd verdacht van zestien delicten. De zwaarste: poging tot doodslag. In niets herken je dat gewelddadige beest. Rustig vertelt Pedro zijn eerlijke en schrijnende verhaal aan de groep docenten van Avans. Kauwend op een roerstaafje uit zijn koffie. Gepest in zijn jeugd, misbruikt op zijn twaalfde. Hij ging blowen, cocaïne gebruiken en dealen. Hij sloeg iemand halfdood van wie hij geld tegoed had. Nu woont hij in een nieuwe stad en maakt hij een nieuwe start.
Agressietrainingen
Ook Junior gebruikte veel geweld in zijn jeugd. ‘Ik was een heethoofd.’ Twee agressietrainingen en een detentie van negen maanden verder kan hij weer lachen. ‘Nu weet ik hoe ik ermee om moet gaan. Lang kon ik niet lachen. Ik praatte met niemand en werd depressief. Ik zei tegen iedereen “flikker op”.’ Het was de priester in de cel die de juiste snaar bij hem raakte. ‘Hij luisterde en we hadden overeenkomsten.’ Daarna sloeg de hulp aan. ‘Niemand in de cel toont zijn ware gevoelens. Iedereen wil de gangster zijn.’
Volgens Avanslector Jeugd en Veiligheid Ben Rovers moet er een bewustzijn ontstaan: dit wil ik niet meer. Dan pas stoppen mensen met crimineel gedrag. De twee jongemannen vormen een sprekend voorbeeld. Ze beseffen nu pas dat ze iets aan het bereiken zijn in hun leven. ‘Nooit meer wil ik terug naar de gevangenis. En ik wil mijn moeder geen pijn meer doen’, zegt Junior. ‘Mijn vrouw gaat bij me weg als ik weer iets crimineels ga doen. Dat heb ik er nooit voor over, ik wil altijd bij haar blijven’, zegt Pedro.
Veel sieraden
Risico’s van een terugval blijven aanwezig. Junior vindt het lastig van de drank af te blijven, Pedro denkt nog dagelijks aan het geld dat hij als drugsdealer had. ‘Ik maakte 1.500 euro per dag, had veel sieraden. Met dat bedrag sta ik nog steeds op en ik ga ermee naar bed. Het maakt alles veel makkelijker. Toch doe ik het niet meer. Nu heb ik mijn leven op de rails en studeer ik zelf voor jongerenwerker.’
Van alle hulpverleners die Pedro meemaakte, zijn hem twee jongerenwerkers bijgebleven. ‘Dat zijn persoonlijkheden die indruk maken. Anderen doen gewoon hun werk, maar verder niks. Ze moeten echt luisteren naar je, soms een schop onder je kont geven en achter je aan zitten. Jouw zwakke kanten blootleggen en soms ook die van henzelf laten zien. Het belangrijkste is vertrouwen krijgen. Maar daarvoor moeten ze zelf ook betrouwbaar zijn.’
Rol van professionals
De betekenis van jongerenwerkers op de jongeren, dat was de kern van de lunchbijeenkomst van het Expertisecentrum Veiligheid in Breda. Het lectoraat interviewde 34 (ex-)delinquente jongeren hierover. ‘We weten weinig vanuit het perspectief van de jongere zelf. Er is veel onderzoek naar methodiek, maar weinig naar de rol van professionals’, sprak lector Ben Rovers.
Pedro en Junior wisten opnieuw te beginnen en te breken met hun verleden en oude vrienden. Maar de onderzoekers zagen ook veel teleurstelling en wantrouwen tegenover de jongerenwerkers. ‘De jongeren geven wel aan steun nodig te hebben van de werkers, zowel praktische hulp als hoop en vertrouwen’, concludeerde docentonderzoeker Marie-José Geenen. [EvG]
Punt. Of had jij nog wat?