Coaches spelen een belangrijke rol in het project Levenskracht, bedoeld om tippelende vrouwen uit de Eindhovense prostitutie te halen. Docenten Marjolein de Winter en Jeanet de Jong observeerden de coaches en hun werkwijzen bijna anderhalf jaar. Ze gingen mee op huisbezoek, bezochten instellingen, woonden gesprekken bij en observeerden hoe de prostituees tot diep in de nacht werkten op de tippelzone.
Handboeien
Als onderzoeker moet je neutraal blijven en alleen registreren wat je ziet. Dat zorgde in dit geval af en toe voor lastige situaties. ‘Ik liep een avond mee met een vrouw die achter een raam werkte. Het was die avond heel rustig en ik betrapte mezelf er op dat ik dat voor haar vervelend vond. Dat is natuurlijk heel krom, want eigenlijk hoort dit niet’, vertelt De Winter.
De overgangen zijn soms groot. ‘Toen ik mee ging met het Prostitutie Controle Team (PCT) van de politie werd er tijdens een aanhouding van een prostituee naar me geschreeuwd dat ik handboeien moest aangooien. Dan sta je ineens aan de andere kant.’
Soms is het lastig om afspraken te maken met de tippelende dames. ‘De tippelende vrouwen zijn allemaal verslaafd aan drugs en hebben een pasje om op de tippelzone te mogen werken. Ze werken zelfstandig, maar achter iedere vrouw staat iemand in de schaduw. Soms is dat een pooier, vaker nog een drugsdealer’, vertelt één van de coaches.
Conclusies
De docenten constateren dat de coaches in de eerste fase van het proces vooral bezig zijn met verbinding leggen, investeren in de relatie en het wekken van vertrouwen. In de tweede fase worden ervaringen tussen coach en dame gedeeld omdat zij op hetzelfde niveau zitten. In de derde fase wordt een concreet plan opgesteld.
De observaties uit het onderzoek worden door De Jong nu al gebruikt in het onderwijs van Avans. ‘Ik gebruikt de voorbeelden nu al in mijn lessen voor de Academie voor Sociale Studies. Bijvoorbeeld bij het onderdeel psychiatrie.’ [MG]
Punt. Of had jij nog wat?