Terug naar overzicht

Mbo’ers struikelen vooral in eerste jaar hbo

Het imago van mbo’ers is in het hoger onderwijs niet bijzonder goed. Ze zouden lang niet altijd het vereiste niveau hebben, ze vallen vaker uit, ze halen minder snel hun diploma… enzovoorts. Deze week zei voorzitter Thom de Graaf van de HBO-raad in het Algemeen Dagblad dat mbo’ers niet meer klakkeloos toegelaten zouden moeten worden. Hij wil eerlijke voorlichting en matchingsgesprekken.

Niet slechter dan havisten

Maar de cijfers laten enige nuance zien. De mbo-instromers doen het niet zoveel slechter dan havisten. Sterker nog, in sommige opzichten scoren ze zelfs beter. Na vijf jaar studeren heeft 49 procent van de havisten een hbo-diploma behaald tegenover 52 procent van de mbo’ers.

In de jaren daarna gaan de havisten de mbo’ers weer voorbij. Na acht jaar studeren heeft 73 procent van de havisten een hbo-diploma op zak, tegenover 68 procent van de mbo’ers. Maar zo extreem is dat verschil niet.

Probleem

Het probleem zit hem vooral in het eerste studiejaar. Mbo’ers haken opvallend vaak af: maar liefst 23 procent van hen stopt in het eerste studiejaar van het hbo. Onder de havisten is dat maar 13 procent.

Daar is dus een wereld te winnen, concludeert de HBO-raad. Als mbo’ers het eerste jaar overleven, doen ze het goed. Maar de eerste horde valt kennelijk niet mee.

Verwante opleidingen

Het is niet voor het eerst dat hogescholen dit thema aansnijden. Vorig jaar schreef staatssecretaris Zijlstra in zijn ‘strategische agenda’ dat mbo’ers eigenlijk alleen naar verwante opleidingen toe zouden moeten gaan. Nu is het nog mogelijk om met het diploma van een technische mbo-opleiding verder te studeren bij de pabo of de hbo-opleiding verpleegkunde.

Overigens krijgen basisvakken als taal en rekenen in het hele onderwijs meer aandacht, ook in het mbo. De verwachting is dat de vooropleiding daardoor zal verbeteren. Dat zou ook kunnen schelen in de studieprestaties van mbo’ers die naar het hbo gaan. [BB/HOP]

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?