In een donkere, bloedhete tent staan vier mannen. Ze dragen overalls en gasmaskers. ‘We hebben ook nog een rookmachine klaarstaan, maar die mogen we niet gebruiken’, vertelt Thijmen Boet, een van de heren. ‘Dan kan het brandalarm afgaan en moet vijfduizend man het hoofdgebouw uit. Dat is ook zo lullig als je net met een tentamen bezig bent.’
Cambodja
In de tent bootst de groep de werkomstandigheden na van kledingfabrieken in Cambodja en Vietnam. Om dat zo waarheidsgetrouw mogelijk te kunnen doen, nam de groep contact op met de Nederlandse ambassades in die landen. Boet: ‘Uit hun gegevens bleek bijvoorbeeld dat 97 procent van de arbeiders werkt in een ruimte met te weinig licht. Dat hebben we verwerkt in een voorlichtingsfilm.’
Voorlichten, daar draait het vanmiddag om. De grofweg negentig CMD-studenten proberen op allerlei manieren de misstanden in de wereldwijde kledingbranche aan de kaak te stellen bij een Nederlands publiek. Iedere projectgroep kreeg daarbij een eigen land toegewezen.
Kledingververijen
Twee stands verderop staat Rob Vaessen. Zijn groep Supplay verdiepte zich de afgelopen weken in India: ‘Dan moet je vooral denken aan kledingververijen’, legt hij uit. ‘De werknemers horen eigenlijk mondkapjes en ander beschermende kleding te dragen. Maar slechts vijf procent van de mensen weet überhaupt dat het werk ongezond is. Dat je er hart- of longproblemen kan oplopen.’
Om hier in Nederland aandacht voor te vragen ontwikkelde de groep een game (speel hier). In het spel kun je punten verdienen door in een ververij kleuren te mengen. ‘Als je eenmaal een bepaald aantal punten hebt behaald, speel je een mondkapje vrij’, aldus Rob. ‘Dat zou dan richting India moeten worden gestuurd, zodat één werknemer gezonder kan werken. Als gamer kom je niet alleen meer te weten over Indiase ververijen, maar verbeter je ook de werkomstandigheden.’ [CT]
Punt. Of had jij nog wat?