Sluiten de opleiding Human Resource Management (HRM) en de beroepspraktijk nog wel goed op elkaar aan? Derdejaarsstudenten deden onderzoek bij hun eigen stagebedrijf, in opdracht van het lectoraat HRM van Avans.
Deze ‘HRM-praktijkmonitor’ is het afgelopen jaar voor het eerst uitgevoerd. 106 derdejaarsstudenten, uit Breda en Den Bosch, namen aan het begin van hun stageperiode enquêtes af bij één HRM-collega, de leidinggevende en nog een andere lijnmanager.
Vragen die aan bod kwamen: hoe tevreden is men over HRM? Waaraan besteedt de HR-professional de meeste tijd? Na de enquête volgden diepte-interviews. De bedrijven waren groot en klein, profit en non-profit, van de Rabobank tot Wärtsilä. Onderzoeksbureau Reflexy verwerkte de resultaten.
Studenten betrekken bij onderzoek
Avanslector Willem de Lange en docent Erik Woering, lid van de kenniskring, leidden het onderzoek. Doel van het onderzoek is meer inzicht te krijgen in het werk, de benodigde competenties en de ontwikkelingen van de HR-functie.
Zo wil het lectoraat kijken of de HRM-opleidingen van Avans nog aansluiten bij de beroepspraktijk en tegelijk studenten betrekken bij onderzoek. Woering: ‘Via gastcolleges en allerlei evenementen hebben we voortdurend contact met het werkveld. Maar met deze monitor kunnen we alles statistisch staven en in een database vastleggen.’
Rapportcijfer: 7,5
Gemiddeld geven de respondenten de dienstverlening van HR het rapportcijfer 7,5. Eén van de belangrijkste conclusies uit de praktijkmonitor is dat de HRM-professional een brede functie heeft. Woering: ‘Ze moeten vaak uiteenlopende rollen vervullen en combineren, veel schakelen dus.’
Een ander idee achter de monitor is om de theorie nu ook eens aan de praktijk te toetsen en vooroordelen of misverstanden te ontkrachten. Woering: ‘Een dominante theorie binnen de HR-wetenschap is bijvoorbeeld dat de HRM’er steeds meer strategisch moet zijn en een partner voor het management. Dat klopt wel, maar het beeld dat de professional nauwelijks nog uitvoerend bezig is, wordt niet bevestigd in de praktijkmonitor.’
Andere hogescholen
Vanuit andere HRM-opleidingen en -lectoraten in Nederland is er ook interesse in het Avans-onderzoek. In totaal zijn er zeventien hbo-opleidingen HRM in Nederland, waarvan er een deel gekoppeld is aan een lectoraat. In 2014 gaan er zes andere lectoraten meedoen aan de praktijkmonitor, om de resultaten nog betrouwbaarder en beter te maken. Het is de bedoeling dat de monitor jaarlijks herhaald wordt.
Woering: ‘Het ideaal zou zijn als in de toekomst álle HRM-opleidingen in Nederland meedoen. Zo kun je de database steeds verder uitbouwen en conclusies gaan trekken over de beroepspraktijk in een bepaalde branche of regio, of op basis van de grootte van het bedrijf. Over vijf of tien jaar heb je dan duidelijke trends, waarop je eventueel je curriculum aan kunt passen.’
Lees hier het complete eindrapport van de HRM-praktijkmonitor.
Punt. Of had jij nog wat?