Een marathon geen sprintje, zo omschrijft Maarten Bremer, directeur van de Academie voor Deeltijd, de nieuwe koers die het deeltijdonderwijs van Avans is ingegaan. ‘We hebben sinds september stappen gemaakt, maar we zijn niet op alle punten waar we willen zijn.’
Dit studiejaar is Avans begonnen met deeltijd nieuwe stijl. Inmiddels zijn bestaande economische en managementopleidingen van diverse academies opgegaan in een nieuwe Academie voor Deeltijd. Volgend studiejaar gaan ook de welzijnsopleidingen over. Het jaar daarna volgen nog de technische deeltijdopleidingen en die van gezondheidszorg.
Meer online
‘Avans heeft een duidelijke visie op deeltijdonderwijs’, zegt Bremer. ‘Werk en studie moeten op elkaar aansluiten. De student kan leerstof toepassen in de praktijk en met praktijkvragen aankloppen bij het onderwijs. Daarnaast willen we meer met online-onderwijs doen. Hierdoor wordt het contactonderwijs ook anders. Niet langer toelichting geven op de theorie maar vooral van elkaar leren. En het onderwijs moet flexibeler.’
Bremer is de eerste om toe te geven dat de vertaling van deze visie naar de praktijk niet zonder slag of stoot gaat. ‘Zeker in het begin van het studiejaar hadden we wel wat opstartproblemen in bijvoorbeeld de roostering. Dat moet je eerst allemaal op de rails hebben voor je echt toekomt aan inhoudelijke wijzigingen in het onderwijs.’ Het zijn vooral de eerstejaarsstudenten die wat mee hebben gekregen van deeltijd nieuwe stijl. Zij zijn de groep waarbij het jaarlijks verder wordt uitgerold.
Kritische studenten
De contact met de beroepspraktijk is bij deeltijdstudies zeer belangrijk. Toch zijn de deeltijdstudenten volgens de NSE daar minder over te spreken. ‘Die vraag gaat over stages en gastsprekers. Stages kennen we niet in het deeltijdonderwijs en gastsprekers eigenlijk ook niet omdat bijna al onze docenten al uit de praktijk komen’, zegt Bremer. ‘Toch is het niet de score die we voor ogen hebben, maar deeltijdstudenten zijn over het algemeen kritischer. Ze betalen de opleiding vaak zelf en zijn wat ouder. Krijgen ze waar voor hun geld?’
De Academie voor Deeltijd richt zich op werkenden. Het is zelfs een harde eis dat deeltijdstudenten een baan hebben, in verband met het werkplek leren. ‘De doelgroep is groot, maar we staan niet bij ze op het netvlies. Commerciële aanbieders als LOI en NCOI hebben een groot marketingbudget. Avans staat bij deze groep studenten pas op plaats 8 of 9 als ze denken aan doorstuderen. Dat proberen we te veranderen met een afwijkende wervingscampagne en de nieuw ontwikkelde site avansdeeltijd.nl. Het liefst zou ik met de andere hogescholen twee tot drie keer per jaar reclame maken voor deeltijdstudies.’
Tweede kans
Bremer ziet zeker kansen op de markt. ‘Een grote groep werknemers van rond de vijftig moet nog zeker vijftien jaar werken. Dan is het belangrijk dat ze aantonen dat ze relevant zijn voor hun bedrijf. Daarnaast heb je de werkenden die vroegtijdig hun studie hebben afgebroken, maar nu wel willen aantonen dat ze hbo-niveau hebben en mensen die langzaam in een functie gerold zijn zonder daar de eigenlijke papieren voor te hebben. Een deeltijdstudie is voor veel mensen een tweede kans.’
Meer over de nieuwe Academie voor Deeltijd stond vorig jaar in Punt.
Punt. Of had jij nog wat?