Terug naar overzicht

Studenten werken aan een duurzame toekomst in Brazilië

In het nieuwe schooljaar reizen tien studenten af naar Brazilië om daar aan verschillende projecten te werken. Zij worden gestuurd en begeleid door het Living Lab, een organisatie die door projectleider Erik Lammers is opgezet vanuit het Centre of Expertise Biobased Economy (CoE BBE).

Het Living Lab valt te omschrijven als een netwerkorganisatie die studenten, docenten, universiteiten, bedrijven en overheidsinstellingen samenbrengt. In dit geval in Brazilië, in de stad Belo Horizonte. Studenten gaan daar aan de slag met projecten die gericht zijn op het stimuleren van biobased economyBiobased economy gaat over de overgang van een economie die draait op fossiele grondstoffen naar een economie die draait op biomassa als grondstof. De keuze voor Brazilië was snel gemaakt, omdat dit land zich sterk aan het ontwikkelen is op het gebied van biomassa.

Uitwisselen van kennis
Het Living Lab Biosbased Brazil hoopt meer Braziliaanse bedrijven aan zich te binden. Erik: ‘In Nederland werkt het hbo altijd met het bedrijfsleven samen. Dat vinden ze interessant in Brazilië, waar dat eigenlijk niet gebeurt.’ De projectleider hoopt uiteindelijk dat ook Braziliaanse studenten naar Nederland komen en dat docenten gastcolleges gaan geven op de buitenlandse universiteiten. ‘Het uitwisselen van kennis is belangrijk. Niet alleen tussen scholen, maar ook tussen het bedrijfsleven en overheidsinstellingen.’

Naar Brazilië
Mert, tweedejaarsstudent Chemische Technologie aan de Academie voor Technologie van Gezondheid en Milieu, vertrekt in augustus voor twintig weken naar Brazilië. Hij gaat daar bij de PUC-Minas universiteit onderzoek doen naar ethanol en het omzetten daarvan naar waterstof. Mert: ‘Ik wist al dat ik met mijn stage naar het buitenland wilde en iets met biobased wilde doen. Ik kwam toen al snel uit bij Brazilië.’

In Brazilië wonen de studenten in een studentenhuis of bij een gastgezin en ze krijgen een buddy toegewezen. Deze komt hen van het vliegveld halen en laat de stad zien. Erik: ‘Natuurlijk kunnen onze studenten met hun collega-studenten optrekken, maar we vinden het ook belangrijk dat ze zich mengen met de lokale bevolking en andere culturen leren kennen.’

Visitekaartje
De studenten die naar Brazilië vertrekken moeten Avans op de hoogte houden van hun ontwikkelingen via een blog of een vlog. Erik: ‘Daar zijn de studenten vrij in.’ Ook de studenten die op dit moment al in Zuid-Amerika zitten, houden een blog bij. De verwachtingen zijn hoog. ‘Uiteindelijk moet een student een visitekaartje worden voor de Nederlandse hogescholen die betrokken zijn bij het project.’

Verder uitrollen
Er wordt positief gereageerd op studenten die naar Brazilië vertrekken. ‘We willen het liefst nog meer studenten die kant op sturen, maar dat is een kwestie van vraag en aanbod. We hopen het Living Lab nog verder uit te rollen, zodat we studenten specifiek kunnen selecteren per opdracht.’ Nu worden studenten aangedragen door docenten. ‘We hebben alle vertrouwen in de tien studenten die volgend schooljaar afreizen naar Zuid-Amerika. Ze zijn met zorg geselecteerd.’

Erik hoopt dat de stages in het buitenland de studenten klaarstoomt voor het leven na Avans. ‘Ze doen ervaring op die ze de rest van hun leven met zich meenemen. Ik zou een buitenlandse stage eigenlijk verplicht willen stellen voor studenten. Het ultieme doel is dat een student zich optimaal ontwikkelt. Wanneer de studenten terugkomen en aangeven dat de afgelopen periode een leerzame, maar vooral leuke ervaring was, dan is het project naar mijn mening geslaagd.’

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?