De week voor hij vertrok, haalde hij nog snel een EHBO-diploma. Dan kon hij in ieder geval reanimeren, mocht dat nodig zijn. Jelle Groothuis, derdejaarsstudent Integrale Veiligheid (IV) in Den Bosch, reisde in februari af naar het Griekse eiland Lesbos om daar vluchtelingen uit het water te redden.
Tien dagen lang maakte Jelle deel uit van de reddingsmissie van Stichting Bootvluchteling, een Nederlandse organisatie actief op Lesbos. Honderden vluchtelingen per dag wagen de oversteek vanuit Turkije naar dit Griekse eiland. Jelle: ‘Je ziet het ene rubberbootje na het andere aankomen. Dat is heel onwerkelijk.’
Onderkoeld
‘Zo’n bootje is bedoeld voor hooguit twintig man, maar er zitten zo zestig mensen in. De mannen aan de rand. Vrouwen, kinderen en ouderen in het midden. Door het gewicht ligt de boot laag in het water waardoor er langzaam water in loopt en de kans op zinken stijgt. Het is koud, mensen worden nat en raken onderkoeld.’
De reddingsmissie heeft grote indruk gemaakt op de Avansstudent. ‘Ik heb gezien hoe een man zijn pasgeboren baby in de lucht hield, zodat het kindje niet nat zou worden. Ook was er een 14-jarig meisje in een rolstoel. Aan een bomaanslag in haar woonplaats Aleppo hield ze een dwarslaesie over.’
Mooie en minder mooie herinneringen
Voor vertrek vroeg Jelle de mensen in zijn omgeving om knuffels te doneren. Met succes, want in de Griekse haven kon hij 500 knuffels uitdelen aan vluchtelingkinderen. ‘Zowel de kindjes als hun ouders waren enorm dankbaar. Mooi om te zien hoe dolgelukkig zij werden van een paar oude knuffeldieren.’
Een minder prettige herinnering is die aan het gedrag van de Turkse kustwacht. ‘Ik heb gezien hoe zij met een soort brandweerspuit de boten natspuiten met als enig doel ze te doen zinken. Als student IV vond ik dat heel moeilijk om te zien. Een overheidsorganisatie moet juist zorgen voor veiligheid. Wat daar gebeurde, was onmenselijk. Ik kan daar nog steeds boos om worden.’
Humanitaire crisis
Jelle kwam op het idee naar Lesbos te vertrekken door zijn stage bij de gemeente Hilvarenbeek. Daar mocht hij de crisisopvang coördineren en raakte hij in gesprek met een aantal jonge vluchtelingen. ‘Door hun verhalen realiseerde ik me dat dit een humanitaire crisis is. Ik wilde niet wegkijken en besloot te gaan helpen.’
‘De situatie is vreselijk triest maar de vluchtelingen die ik in Griekenland ontmoet heb, waren vooral dankbaar. De ontlading bij hen is enorm als ze eenmaal voet aan wal zetten.’ De Avansstudent hoopt dat de mensen die hij redde zich veilig en welkom voelen, maar heeft daar een hard hoofd in. ‘Ik slaap in een warm bed, maar waar zijn zij? Waarschijnlijk ergens op een matje in de kou.’
Avansstudent
Petje af voor de IV-student.