Terug naar overzicht

Bussemaker: ‘Geen schakeljaar voor mbo’ers’

Minister Bussemaker voert een strijd tegen ongelijkheid in het hoger onderwijs, schrijft ze op haar weblog. Maar ze ziet andere oplossingen dan haar critici.

Het onderwerp houdt de gemoederen al weken bezig: de groeiende kloof in het onderwijs tussen kansrijke en kansarme leerlingen. De vraag is: wat valt eraan te doen?

Hogescholen wijzen vooral op de slechte prestaties van mbo’ers die de overstap naar het hbo wagen: ze stranden vaker dan andere studenten en zijn niet zo goed voorbereid als leerlingen die van de havo komen. Misschien moeten mbo’ers eerst een schakeljaar volgen voordat ze naar een hogeschool gaan, opperde onder meer voorzitter Ron Bormans van de Hogeschool Rotterdam.

Strijd tegen ongelijkheid
Bussemaker prijst Bormans uitbundig. ‘In mijn strijd tegen ongelijkheid in het (hoger) onderwijs kan ik altijd vertrouwen op Ron Bormans’, schrijft ze op haar weblog. ‘Als er één is die de urgentie van dit probleem onderkent, is hij het wel.’

Maar over de oplossing denkt ze anders dan hij. Een kort schakelprogramma voor mbo’ers ziet ze nog wel zitten, bijvoorbeeld in de vorm van een summerschool. ‘Maar een schakeljáár? Hier raken wij elkaar kwijt. Met een schakeljaar zet je mbo’ers alleen maar op achterstand’, meent de minister.

Geen stimulans
De leerlingen hebben immers al vier jaar vmbo en vier jaar mbo achter de rug. Ze zouden dan nog een jaar extra kwijt zijn voordat ze toegang krijgen tot het hoger onderwijs. ‘Dat is bepaald geen stimulans om door te stromen.’

‘Ik vind het ook principieel onjuist’, voegt ze eraan toe. ‘Door studenten een schakeljaar aan te bieden, leg je het probleem bij hen neer.’ Ze zou liever zien dat onderwijsinstellingen mbo’ers sterker motiveren om een hbo-studie af te maken. ‘Dan maak je als onderwijsinstelling je rol als emancipatiemotor waar.’

Ophouden met kritiek
En daarom zou Bormans ook eens moeten ophouden met zijn kritiek op het studievoorschot, vindt ze. Volgens hem durven studenten van de ‘eerste generatie’ (zonder ouders die gestudeerd hebben) minder snel aan een studie te beginnen nu ze geen basisbeurs meer krijgen.

‘Los van de vraag of dat echt zo is, vind ik dat het onderwijs – en dus ook Bormans – samen met mij de belangrijke taak heeft om leenangst bij mbo’ers te voorkomen’, pleit Bussemaker. ‘In plaats van keer op keer te wijzen op de leenangst moeten we de aanvullende beurs als gift en de soepele aflossingsvoorwaarden onder de aandacht brengen, om de twijfelaars over de streep te trekken!’

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?