Ombudsmannen voor studenten zijn broodnodig om de vele klachten in het hoger onderwijs terug te dringen, zegt Lies Poesiat, voorzitter van de Vereniging Ombudsmannen in het Hoger Onderwijs. “Maar helaas zijn we nog met veel te weinig.”
Ze zijn niet met veel: de ombudsmannen in het hoger onderwijs. Avans heeft er geen. Ze worden zelfs niet vermeld op de pas gestarte website Studierechten.com, waar studenten met klachten wegwijs worden gemaakt.
En dat is jammer, vindt Lies Poesiat, ombudsman van de Vrije Universiteit en voorzitter van de Vereniging Ombudsmannen in het Hoger Onderwijs. “Studenten kunnen bij ons terecht met allerlei klachten, of het nu gaat om bijvoorbeeld slechte scriptiebegeleiding of om vermeend onredelijk handelen van een docent of opleiding.”
Waarom naar de ombudsman en niet naar het gewone klachtenloket?
“Wij proberen juist te voorkomen dat studenten een formele klacht indienen. Dat scheelt de student én de instelling een hoop tijd en moeite. De doorloopsnelheid is bij ons heel hoog: binnen enkele weken zijn veel klachten vaak al opgelost en kunnen studenten weer door.”
“Dat is belangrijk, vooral met het oog op het leenstelsel: studeren is duur geworden. Ik zeg altijd tegen studenten, je hebt er niets aan als je klacht gegrond wordt verklaard, maar het probleem niet is opgelost. Een klacht is niet bevorderlijk voor de sfeer en bemiddeling kan juist helpen het klimaat in de organisatie goed te houden. Wij zijn bovendien heel laagdrempelig. Bij een klachtencommissie moet je een brief sturen, wat net als de procedure veel tijd kost. Ik ben voor studenten ook bereikbaar via WhatsApp.”
Hoeveel instellingen hebben een ombudsman?
“Veel te weinig. Maar twee hogescholen en drie universiteiten hebben er één voor studenten. Dat lage aantal is ons een doorn in het oog. We pleiten ervoor dat de ombudsman in de wet wordt opgenomen, maar de minister vindt dat het aan de instellingen zelf is om dat te bepalen.”
Waarom zijn jullie met zo weinig?
“Ombudsmannen zijn een relatief nieuw begrip in de onderwijswereld. Ze bestaan er nog maar zo’n tien, vijftien jaar. Veel instellingen vragen zich af wat ze toevoegen aan het palet van klachtenloketten, studentenpsychologen en -decanen.”
En, wat voegen ze toe?
“Het verschil zit ’m vooral in de onpartijdigheid: wij zijn onafhankelijk. We mogen zaken onderzoeken en aanbevelingen doen om de problemen zo snel mogelijk op te lossen. Elke ombudsman werkt volgens een reglement dat door zijn instelling is gemaakt en dat is goedgekeurd door de studentenraad. Daarin staat onder meer dat ze hiërarchisch aan geen enkel orgaan ondergeschikt zijn. Uiteindelijk zijn ze natuurlijk wel werknemer, maar het is de bedoeling dat ze onafhankelijk functioneren.”
Punt. Of had jij nog wat?