Aankomende studenten draaien straks niet langer op voor de hoge selectiekosten van hun opleiding. De Tweede Kamer heeft dinsdag een motie aanvaard die dat verbiedt.
De motie werd ingediend door D66, CDA, ChristenUnie en Groen Links. Alleen de VVD en Forum voor Democratie stemden tegen.
Bij sommige opleidingen moeten aankomende studenten een verplichte toelatingstest doen, die ze zelf moeten betalen. Het gaat bijvoorbeeld om de Test of English as a Foreign Language (TOEFL) of de Graduate Management Admission Test (GMAT), die verbale, wiskundige en analytische vaardigheden meet. Die toetsen kosten al gauw honderden euro’s. Het zijn vooral studenten uit het buitenland die zulke toetsen moeten maken, maar soms geldt dat ook voor Nederlanders.
Absurd
D66-Kamerlid Paul van Meenen, initiatiefnemer van de motie, noemde het vorige maand “absurd” om studenten vooraf zoveel geld te laten betalen. Ook wees hij op kansenongelijkheid: “Mensen die het kunnen betalen kunnen de test zo vaak doen als ze willen of bijles nemen. Heb je geen geld, dan heb je pech.”
Oud-minister Bussemaker heeft een jaar geleden bepaald dat opleidingen geen selectiekosten meer in rekening mogen brengen en veranderde de wet. Maar niet elke opleiding hield zich daaraan. Minister Van Engelshoven moet daar nu een stokje voor steken.
Opluchting
De LSVb is opgelucht en verwacht dat de selectiekosten per direct van de baan zijn. “Al jarenlang leggen universiteiten kosten voor toetsen als GMATS en TOEFLS onterecht bij studenten. Dat moet nu echt klaar zijn.” De bond roept studenten die nog wel moeten betalen voor dergelijke toetsen op om zich te melden bij de LSVb.
Universiteitenvereniging VSNU liet eerder weten dat ze het niet logisch zou vinden als de instellingen voortaan voor alle kosten opdraaien. Volgens haar woordvoerder zijn de toetsen geen selectie-instrument, maar een toelatingseis. Wel begreep hij dat de drempel om te gaan studeren steeds hoger wordt. De VSNU zoekt daarom naar manieren om de kosten van de taaltoetsen te dempen.
Tweede studies
De Kamer maakte vandaag ook een einde aan het soms torenhoge collegegeld voor tweede studies. Een motie van D66’er Paul van Meenen en Lisa Westerveld (GroenLinks) om het zogeheten instellingscollegegeld aan banden te leggen werd met een ruime meerderheid aangenomen. Ook hier waren het alleen de VVD en FvD die tegen stemden.
Het gaat vooral om het collegegeld voor studenten die een ‘tweede studie’ doen terwijl ze al een eerste bachelor- of masterdiploma op zak hebben. Omdat universiteiten en hogescholen voor hen geen overheidsbekostiging krijgen, mochten ze tot nog toe in alle vrijheid het instellingscollegegeld vaststellen, maar daar komt nu dus een einde aan.
Minister Van Engelshoven had eerder laten weten de motie van haar partijgenoot Van Meenen te steunen en nu de Tweede Kamer akkoord is gegaan, komt er definitief een wettelijk maximum. Het tarief mag dan niet hoger zijn dan het wettelijk collegegeld plus de normale overheidsbekostiging voor eerste studies. Al is het volgens Van Engelshoven geen ‘vrijbrief’ om dit maximum altijd in rekening te brengen.
Punt. Of had jij nog wat?