Steeds meer jongeren vinden dat hun studieresultaten lijden onder het gebruik van sociale media. Maar er zijn er ook die zeggen dat het juist beter gaat met hun studie dankzij onder andere Facebook, Twitter en WhatsApp.
In 2015 zei nog zeventig procent van de 18 tot 25 jarigen dat sociale media geen invloed hebben op school en studie. Maar in 2017 vindt nog maar 49 procent dat. Ruim een derde (35,1 procent) presteert naar eigen zeggen slechter omdat ze afgeleid raken door sociale media, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek vandaag. In 2015 lag dat percentage veel lager: 22,8 procent.
Schokkend
Aan de andere kant zijn er ook meer enthousiastelingen die sociale media juist goed vinden voor hun opleiding: hun aandeel is meer dan verdubbeld van 6,9 procent in 2015 naar zestien procent in 2017. Zij vinden het vooral handig dat ze makkelijk contact kunnen leggen met studiegenoten voor vragen over de lesstof.
Rhea van der Dong, voorzitter van het Interstedelijk Studenten Overleg, kan zich voorstellen dat sociale media ook voordelen hebben, maar vindt de cijfers desondanks schokkend. “Ik wist wel dat mijn leeftijdsgenoten veel met sociale media bezig zijn, maar dat het zo erg is, had ik niet verwacht.” Volgens haar moet het onderwijs hiermee aan de slag. “Op de universiteit of hogeschool is het te laat, dit is iets wat je op de basisschool zou moeten leren.”
Volgens haar wordt het probleem nog te weinig erkend. “Jongeren zeggen dat ze verslaafd zijn. Dan hoor je vaak: ‘stel je niet aan en leg gewoon dat mobieltje weg’, maar veel sociale media zijn juist ontworpen om verslaafd te maken. Dat moeten we serieus nemen. Bij alcohol en drugs zeggen we ook niet: ‘stel je niet aan’.”
Verplichting
Voorzitter Lies Leijs van LOShbo, de landelijke organisatie van studentendecanen in het hoger beroepsonderwijs, herkent het beeld dat sociale media slecht kunnen zijn voor de studie. “Het is voor ons geen verrassende conclusie”, zegt Leijs. Volgens haar ervaren studenten de online interactie vaak als een verplichting; de druk om eraan mee te doen is hoog. “Ze kunnen niet zomaar zeggen: ‘ik doe er niet aan mee.’”
Dat denkt ook Rob Bovens, coördinator van de Academische werkplaats verslaving bij Tilburg University en voorzitter van het Actieplan Studentenwelzijn. Hij doet onderzoek naar de invloed van smartphonegebruik op de slaapkwaliteit van studenten. “Wat blijkt: een fors aantal deelnemers haakt af, omdat ze de verplichte smartphone time-out van twee weken niet volhouden.”
Helpen
Daaraan zie je hoe moeilijk het is om afstand te nemen van sociale media, meent hij, en daarom moet er iets aan gebeuren. “Sommige studenten staan ’s nachts op om te kijken of ze nog iets hebben gemist. De eerste stap is monitoren, om inzicht te krijgen in het probleem en zo nodig te kunnen helpen.” Daarom pleit hij voor een vrijwillige gezondheidsmonitor onder studenten.
Bovens ziet het sociale media-gebruik zeker als een probleem. Studentendecaan Leijs is het daarmee eens, maar zegt: “Iedere generatie heeft haar eigen problemen – zeker in de ogen van de generatie ervoor. Er zijn altijd mensen die eraan onderdoor gaan, maar het gros vindt toch altijd weer een manier om ermee om te gaan.”
Jongeren lijken meer last van hun smartphone te hebben dan ouderen, want maar acht procent van de werkende bevolking vindt sociale media slecht voor de productiviteit. Een op de drie vindt het juist een voordeel.
Punt. Of had jij nog wat?