Op de dag van de deadline, pal voor het zomerreces, debatteert de Eerste Kamer over de halvering van het collegegeld voor eerstejaars studenten. De minister kan zich voorbereiden op stevige kritiek.
In september moet de wet al van kracht zijn: dan betalen eerstejaars studenten nog maar de helft van het collegegeld. Ze krijgen dus een korting van ruim duizend euro. Studenten van lerarenopleidingen kunnen die korting ook in hun tweede studiejaar tegemoet zien.
Tenminste, als de senatoren met het wetsvoorstel van minister Van Engelshoven instemmen. Dat zal op dinsdag 10 juli blijken en dat is op het allerlaatste moment. Het wordt geen hamerstuk, de minister moet ervoor naar de Eerste Kamer komen.
Routineklus
Het zou een routineklus moeten zijn, want eerder is het wetsvoorstel in de Tweede Kamer unaniem aangenomen: het ging met tandenknarsen en gemor, maar uiteindelijk stemde niemand tegen. Het moet gek lopen, wil de senaat alsnog een spaak in het wiel steken.
Maar de senatoren zijn wel kritisch. “Het voorstel is niet het probleem, het is de argumentatie”, zegt GroenLinks-senator Ruard Ganzevoort desgevraagd. Van Engelshovens antwoorden op schriftelijke vragen van de Eerste Kamer waren onder de maat, vindt hij.
Dat zegt ook SP-senator Arda Gerkens. “We gaan er een plenair debat over voeren, met name omdat de minister te gemakkelijk op de argumenten is ingegaan. Of liever: ze is er niet op ingegaan.”
De onderbouwing van het wetsvoorstel is nogal curieus, voegt Gerkens eraan toe. “Je had voor dat geld ook veel andere dingen kunnen doen. Onze keuze zou zijn om te kijken welke mensen het geld het hardst nodig hebben.”
Kritisch
Ook regeringspartij VVD stelde kritische vragen, soms samen met D66 en CDA. De halvering van het tarief moet het hoger onderwijs toegankelijker maken en kost jaarlijks 173 miljoen euro. Wordt dat geld wel doelmatig besteed, vroegen de VVD-senatoren. Veel jongeren gaan toch wel studeren, met of zonder die korting.
Daarop gaf het kabinet dit antwoord: “Deze generieke maatregel beoogt de toegankelijkheid voor iedereen te verbeteren en is dus juist ook gericht op de groep die toch al zou gaan studeren. Ook voor die groep is de korting van ruim duizend euro een betekenisvol bedrag.”
Is de VVD daar tevreden mee? Senator Jan Anthonie Bruijn houdt zijn kaarten tegen de borst. “Wij zijn op de antwoorden aan het studeren en zullen in het debat met de minister aanvullende vragen stellen”, zegt hij.
De maatregel is een compromis van de vier regeringspartijen, waarvan er twee de basisbeurs opnieuw wilden invoeren (CDA en ChristenUnie), terwijl de andere twee (VVD en D66) hem juist hadden afgeschaft.
Sigaar
Overigens verhoogt het kabinet ook de rente op studieleningen, waardoor voormalige studenten met een hoge studieschuld uiteindelijk meer terugbetalen dan ze aan korting hebben gekregen. Studentenorganisaties spreken daarom van een ‘sigaar uit eigen doos’, maar volgens het kabinet staan de twee maatregelen los van elkaar.
Punt. Of had jij nog wat?