Devin Matthijsse, derdejaarsstudent Werktuigbouwkunde in Breda, loopt met acht medestudenten stage in Xi’an in China. Xi’an is de provinciehoofdstad van Shaanxi en heeft ruim 10 miljoen inwoners. “Het verkeer is één grote chaos, als buitenlander mag je niet zelf rijden.”
Wat doe je in China?
“Met vijf andere studenten Werktuigbouwkunde en drie Informaticastudenten van Avans loop ik stage aan de Northwestern Polytechnical University (NPU) in Xi’an. Voor de stage bestuderen we allemaal een technische opdracht en voeren die uit, soms in samenwerking met Chinese studenten.
Mijn opdracht is om een prototype te ontwikkelen dat energie uit oceaangolven kan halen. Die opdracht doe ik samen met medestudent Matthew Motz en twee Chinese studenten. We maken een aquarium met een mechanisme om golven te genereren en tests uit te voeren. Het doel daarvan is om uiteindelijk met het prototype minimaal 20 leds te laten branden.”
Hoe zien je dagen eruit?
“De meeste Chinese studenten beginnen om 9 uur. Ze werken dan tot half twaalf en beginnen weer om half 3. Ze gaan dan vaak even slapen. Dat doen ze in hun kamer of met een kussentje op hun werkplek. Daarna werken ze tot 6 uur, nemen twee uur pauze en gaan daarna tot een uur of 10 door. Omdat er dan weinig van de dag overblijft, doen de Nederlanders dat niet. Wij werken gewoon van half 9 tot 5. ’s Avonds doen we vaak dingen samen, zoals eten, de stad bekijken of een filmpje bij iemand op de kamer kijken.”
En de weekenden?
“In de weekenden proberen we zoveel mogelijk tripjes te maken. Zoals fietsen of klimmen in de bergen of naar een van de toeristische attracties in Xi’an. Daarnaast kan er gelukkig buitengewoon goed gestapt worden in de stad.”
(Tekst gaat verder onder de foto)
Hoe is je woonsituatie?
“We wonen op de campus van NPU, 10 minuten fietsen naar het centrum van de stad. Iedereen heeft daar zijn eigen kamer. Eten doen we altijd bij een van de kantines waar het heel goedkoop is, of we gaan naar een van de vele restaurantjes buiten de campus waar je heerlijk typisch Chinees kunt eten.”
Heb je veel contact met de lokale bevolking?
“Echt contact hebben met de lokale bevolking is best lastig, vooral omdat hier bijna niemand Engels spreekt. Op de uni gaat het redelijk en kun je met de meeste Chinese mensen wel een praatje maken. Maar buiten de campus houdt het al snel op. Gelukkig kom je met vertaalapps en handen en voeten een heel eind.”
Heb je veel van het land gezien?
“We proberen zoveel mogelijk te zien in onze vrije tijd. Op de heenreis zijn we in Beijing en Shanghai geweest. En nu proberen we zoveel mogelijk van Xi’an en omstreken te zien. Rond de stad kun je veel bergen en tempels bezoeken. Ook is hier net buiten de stad het bekende Terracottaleger.”
(Tekst gaat verder onder de foto)
Waar was je het meest van onder de indruk?
“Ik blijf me verbazen over het verkeer. Dat is één grote chaos, vandaar dat je als buitenlander niet zelf mag rijden. Er staan overal in de stad fietsen die je kunt pakken met een app op je smartphone. Dat kost bijna niks en het is echt een beleving om door het verkeer te crossen. Tot nu toe is dat gelukkig altijd goed gegaan.”
Wat is het grootste verschil met Nederland?
“Er zijn veel verschillen tussen Nederland en China. De eetgewoontes bijvoorbeeld. Ook moest ik eraan wennen dat het normaal is om op straat te spugen. Het grootste verschil is naar mijn idee de hiërarchie. Mensen met een hogere functie hebben veel meer macht en invloed dan hun ondergeschikten. Ook het verschil tussen arm en rijk is in China erg groot. Het is soms best schrijnend om te zien dat een dikke sportwagen naast een duwkar staat.”
Met medestudenten heb je pepernoten gebakken. Waarom was dat?
“De NPU houdt elk jaar een internationale cultuurdag. Daar mogen alle nationaliteiten die aan de universiteit studeren hun land vertegenwoordigen en een kraampje vullen met producten uit en afbeeldingen van het land van herkomst. Wij als Nederlanders hadden ons kraampje gevuld met kaas, drop, pepernoten en stroopwafels.”
Punt. Of had jij nog wat?