Loten voor opleidingen is eerlijker, duidelijker en makkelijker dan studenten selecteren op motivatie en geschiktheid, vindt regeringspartij D66. De partij wil het verbod op loting schrappen.
Sommige opleidingen laten maar een beperkt aantal eerstejaars studenten toe, bijvoorbeeld omdat er niet genoeg laboratoria en docenten zijn als er veel studenten komen. Voor zulke opleidingen moeten studiekiezers door een selectie heen.
Vroeger mochten die opleidingen ook loten, maar sinds 2013 is dat verboden. Het idee daarachter is dat selectie de juiste studenten naar de juiste opleidingen zou leiden, maar het is de vraag of het ook echt zo werkt. Het lijkt schadelijk voor de kansengelijkheid. Als opleidingen selecteren, komen er minder studenten met een migratieachtergrond binnen. Studenten maken ook minder kans als ze uit gezinnen komen die weinig geld hebben.
Welgestelde ouders
D66-Kamerlid Jan Paternotte wil het vandaag aan de orde stellen in een groot Tweede Kamerdebat over het hoger onderwijs. “Welgestelde ouders sturen hun kinderen naar dure bureaus om te trainen voor de toelatingstest”, stelt hij. “Kinderen met ouders die dat niet kunnen of willen betalen, vallen daardoor buiten de boot. Dat is oneerlijk.”
Hij betwijfelt of je bij 16- of 17-jarige scholieren de motivatie en geschiktheid voor een vak goed kunt meten. Daarom wil hij hogescholen en universiteiten in elk geval weer de ruimte geven om te loten in plaats van te selecteren.
Kritisch
Studentenorganisatie ISO reageert kritisch. “Gelijke kansen moeten voorop staan in het hoger onderwijs en als selectie nodig is, moet dat op een eerlijke manier gebeuren”, zegt voorzitter Kees Gillesse. “We vragen ons af of loting de goede manier is om daar te komen.”
Maar studentenvakbond LSVb noemt het een stap in de goede richting. “Wij zijn geen fan van selectie”, zegt vicevoorzitter Monty Aal. “Als het dan toch gebeurt, is loting het beste. Het is heel goed dat er weer kritisch naar selectie wordt gekeken.”
Hogere cijfers
Zelfs hogere cijfers hoeven van de LSVb geen grotere kans op toelating te geven, zoals vroeger het geval was. “Want dan houd je het probleem van de kansenongelijkheid”, zegt vicevoorzitter “Niet elke middelbare scholier heeft ouders die zich een tentamencursus kunnen permitteren of kunnen helpen bij de voorbereiding.”
Punt. Of had jij nog wat?