Terug naar overzicht

Effectief of bullshit? Studenten van minor Happiness Management analyseren hippe werktrends

Kantoorhonden, yoga op de werkvloer, planksessies: bedrijven doen er tegenwoordig alles aan om hun werknemers tevreden te houden. Maar werkt dit daadwerkelijk, of zijn sommige dingen ook bullshit? Studenten van de minor Happiness Management onderzoeken het.

De minor heet voluit Happiness Management en de Bullshitcurve. Het gaat volledig over hypes en trends binnen de werkomgeving. “Er worden heel veel dingen bedacht om werknemers gelukkig te maken, waarbij we onderaan de streep eigenlijk niet zo goed weten wat het daadwerkelijk oplevert voor een bedrijf. Precies dat onderzoeken de studenten’’, zegt Vincent Verwaal, docent Human Resource Management (HRM) en oprichter van de minor.

Op de bek gaan
Gijs Walsta, derdejaarsstudent Bedrijfskunde, is een van de studenten die de minor volgde. Hoewel hij eerst een andere minor wilde doen, heeft hij geen spijt van zijn keuze voor Happiness Management. “Het was een leerzame periode met veel vrije tijd. Soms misschien iets te veel, want ik ben wel een keer op mijn bek gegaan. In de tiende week had ik een reflectiegesprek met Vincent, hij gaf aan dat ik meer met andere dingen bezig was. Daar had hij wel gelijk in.’’

Vincent heeft de minor samen met een collega ontworpen. “Ik merkte dat kritisch denken een thema was dat veel terugkwam bij onze studenten. Binnen de opleiding hebben ze continu te maken met bedrijven die op een bepaalde manier werken’’, legt hij uit. “Met deze minor willen we dat de studenten zich een kritische gesprekspartner voelen. Als een manager bijvoorbeeld naar een conferentie is geweest en heeft besloten om ‘agile’ te werken, dan is het natuurlijk mooi wanneer een student opstaat en vraagt wat die strategie gaat opleveren.’’

‘Je merkte dat iedereen dacht: ‘nu moeten we echt gaan knallen’

Meerdere studenten hadden moeite met de vrijheid. Maar na de reflectiegesprekken sloeg het om. “Je merkte dat iedereen dacht: nu moeten we echt gaan knallen”, zegt Gijs. “Dus dat deden we. Vanaf dat moment zijn we echt dingen gaan organiseren. We hebben bedrijven bezocht, bijeenkomsten georganiseerd of bijgewoond en veel onderzoek gedaan.’’

Mythbusters
De studenten gingen te werk als ‘mythbusters’. “De werkhype die we op dat moment onderzochten is de mythe, en wij de mythbusters’’, licht Gijs toe. “Ik onderzocht met medestudenten de effectiviteit van een chief happiness officer. Dat is iemand die ervoor zorgt dat werknemers binnen een bedrijf gelukkig zijn, wat ervoor moet zorgen dat de productiviteit omhoog gaat”, legt Gijs uit. “We hebben in een zorginstelling onderzocht of zo iemand echt effectief is. We kwamen tot de conclusie dat een chief happiness officer wel bij kan dragen aan het geluk van de werknemers, maar dat het geluk vooral zit in de werkomstandigheden van het bedrijf.”

De reis naar Berlijn was het hoogtepunt van de minor, vindt Gijs. “Het was vooral heel gezellig met de groep. Het had misschien wel wat productiever gemogen, want we hebben uiteindelijk maar één bedrijf bezocht. Maar we hebben wel alles zelf geregeld, en dat was leuk om te doen.’’

De minor gaat één keer per schooljaar van start, in september. “Als je zin hebt in een leerzaam halfjaar, moet je je zeker opgeven’’, zegt Gijs. “Ik heb er geen seconde spijt van gehad.’’

Punt. Of had jij nog wat?

Meer lezen?