Sinds de tweede lockdown zijn er alleen praktijklessen en tentamens op Avans. En dat betekent vrijwel lege gebouwen met hier en daar een groepje studenten of medewerkers. Maar hoe gaat nu eigenlijk op school?
Arnaud Opdam, directeur huisvesting van Avans, geeft aan dat er tijdens de coronapandemie geen maximum aantal studenten is dat binnen de schoolgebouwen mag zijn. Avans houdt zich aan de wettelijke voorschriften die luiden dat er anderhalve meter afstand moet worden gehouden. Dat betekent dat er minder studenten in klaslokalen zijn. Ook zijn er afspraken met ov-bedrijven gemaakt om te voorkomen dat veel studenten gelijktijdig op school aankomen. Door de huidige lockdown ligt dat aantal sowieso lager.
Geen onveilige situaties
Alleen studenten die een tentamen of praktijkles hebben, mogen aanwezig zijn op Avans. Datzelfde geldt voor studenten die door een onveilige of problematische thuissituatie op school werken. Dat zijn er enkele tientallen. “Verder is het niet de bedoeling dat er studenten naar Avans komen. We willen geen onveilige situaties hebben en spreken studenten erop aan als ze toch in groepjes samenkomen”, zegt Opdam. “We controleren er echt op. Voor de gezelligheid hoef je nu even niet op school te zijn.”
Optelsom
Als het nodig is om te weten hoeveel studenten er op een bepaald moment binnen de schoolmuren zijn, kan volgens Opdam een simpele optelsom worden gemaakt. Dan wordt in de roosters gekeken welke studenten er zijn voor praktijklessen of tentamens, plus het aantal studenten dat op Avans aan het werk is vanwege hun thuissituatie.
Anderhalvemetercoaches
Van eind november tot eind december 2020 werden bij Avans anderhalvemetercoaches ingezet. Dat waren betaalde studenten die studenten en medewerkers aanspraken op de coronamaatregelen. Tijdens de lockdown zijn ze er niet. “Omdat er op dit moment alleen nog maar studenten voor hun tentamens en praktijklessen op school zijn”, geeft Opdam als reden. “Maar als de lockdown straks voorbij is, kunnen we ze weer inzetten.”
Leuk werk
“Het is jammer dat ze er nu niet zijn”, vindt Jelle de Bruijn, derdejaarsstudent Integrale Veiligheidskunde. Hij was een maand anderhalvemetercoach bij Avans aan de Lovensdijkstraat en werkte meer dan vijftien uur per week. “Deze week was ik voor tentamens op school. Ik zag dat het soms toch druk was. Niet iedereen bewaarde afstand. Ik wilde graag tussen mijn toetsen door mijn job weer oppakken. Het was leuk werk.”
Systeem
Zijn werkzaamheden bestonden uit het aanspreken van studenten die geen mondkapje droegen en afstand hielden. Over het algemeen hield iedereen zich toen goed aan de regels. Soms zag hij wel dat studenten te dicht bij elkaar zaten of dat ze hun mondkapje waren vergeten. “Dan wees ik aan waar ze er gratis een konden halen. Dat ze die vergaten kon ik ze niet kwalijk nemen: het zat toen nog niet echt in hun systeem”, zegt Jelle.
De meeste studenten luisterden goed wanneer Jelle of een van zijn collega’s hen aansprak. Toch had hij een nare ervaring, notabene met een docent. “Die zei dat ik ik een ‘Playmobil-politieagent’ was en dat ik mijn werk veel te serieus nam”, vertelt hij. “Ik zat er niet mee, maar ik vond het wel kinderachtig. Ik probeerde mijn werk juist op een positieve manier uit te voeren. Hoe beter iedereen zich aan de maatregels houdt, hoe sneller we van corona af zijn.”
Punt. Of had jij nog wat?