Het oudste kind van een gezin is slimmer dan zijn broertjes en zusjes. Of beter gezegd: het oudste kind behaalt vaker dan andere kinderen een diploma in het hoger onderwijs.
Het is een feitje dat schreeuwt om verklaringen. Statistiekbureau CBS heeft gekeken wie van de kinderen in een gezin uiteindelijk de hoogste opleiding afrondt. Op 34-jarige leeftijd heeft het ‘eerste kind’ in 43,6 procent van de gevallen een opleiding in het hoger onderwijs afgerond. Het tweede en derde kind zitten net iets onder de 40 procent. Dat is een opvallend verschil.
In grotere gezinnen is het kennelijk nog lastiger om door te leren: het vierde, vijfde en zesde kind hebben respectievelijk 33 procent, 26 procent en 23 procent kans op een diploma van een hogeschool of universiteit.
Maar het ene ‘eerste kind’ is het andere niet. De eerstgeborene heeft de grootste kans op een diploma in het hoger onderwijs als hij/zij uit een gezin met drie kinderen komt: 46,5 procent. En nummer twee en drie overtreffen op hun beurt een ‘enig kind’ en ze presteren ook beter dan het oudste kind uit grote gezinnen. Statistisch gesproken, tenminste.
Punt. Of had jij nog wat?