De Tweede Kamer blijft het vreemd vinden: waarom baseert het ministerie van OCW het budget van universiteiten op 37 jaar oude data, zoals de Nationale Rekenkamer opmerkte?
Politiek Den Haag keek er een beetje van op. Volgens de Nationale Rekenkamer berekent het ministerie van OCW het budget van universiteiten op basis van 37 jaar oude data. Zijn die niet allang achterhaald?
Het gaat om gegevens over de tijdbesteding van docenten: hoeveel tijd zijn ze aan onderzoek kwijt en hoeveel tijd aan onderwijs? Op grond daarvan is in 2001 de financiering van universiteiten gesplitst in twee delen: onderwijs en onderzoek. Het onderwijsdeel groeide met de studentenaantallen mee, terwijl het onderzoeksdeel grofweg even groot bleef.
Onderzoek uit 1984
Daar wilde de Tweede Kamer meer van weten. In een kort briefje erkende demissionair minister Van Engelshoven dat de Rekenkamer gelijk had. Een onderzoek uit 1984 was destijds de enige beschikbare bron.
Voor het herhalen van zulk onderzoek was volgens haar geen draagvlak, zei ze erbij, en de scheefgroei in het budget is inmiddels allang erkend. Adviesbureau PwC heeft immers gezegd dat de universiteiten meer geld nodig hebben.
Draagvlak
VVD, D66 en SP vinden het te makkelijk en stellen een paar vervolgvragen. Moet er per se draagvlak bij de universiteiten zijn om zulk onderzoek te herhalen, vraagt de VVD bijvoorbeeld. Wil de minister soms niet weten hoe het nu zit met de tijdsbesteding?
Daar sluit de SP zich bij aan. Die wil bovendien weten hoe de werknemers van universiteiten erover denken: hebben zij ook geen zin in zulk onderzoek? Misschien hebben zij een andere mening dan hun bestuur.
En, redeneert de SP, als deze gegevens 37 jaar oud zijn, hoe zit het dan met andere berekeningen, schattingen en ramingen in het hoger onderwijs? Wil de minister die eens onder de loep nemen en zo nodig actualiseren?
Splitsing
D66 ten slotte vraagt zich af waarom die splitsing van het budget er eigenlijk is. Bovendien krijgen universiteiten ook een ‘vaste voet’: een bedrag dat ze sowieso krijgen, los van onderwijs en onderzoek. Dat bedrag is voor oude universiteiten hoger dan voor jonge. Waarom eigenlijk, wil D66 weten.
D66 maakt overigens een kleine vergissing. Die heeft per ongeluk tijdschrijfonderzoek (waarin mensen hun werkzaamheden per uur noteren) gelezen als tijdschriftonderzoek. De partij wil weten wat de conclusie van dat tijdschrift dan was.
Maar de bottom line is dat de Tweede Kamer er geen genoegen mee neemt dat zoiets fundamenteels als de verdeling van het geld op verouderde gegevens berust. De minister moet nog antwoorden, dus het debat wordt vervolgd.
Punt. Of had jij nog wat?