Voor bijscholing van leraren is de komende tien jaar 73,1 miljoen euro beschikbaar uit het Nationaal Groeifonds. Nog eens 86,5 miljoen is voorwaardelijk toegekend. Ook voor zorgonderwijs zijn miljoenen uitgetrokken.
Het Nationaal Groeifonds verdeelt 20 miljard euro in vijf jaar tijd. Het geld moet bijdragen aan ‘structurele en duurzame economische groei’ en is bestemd voor onderzoek, innovatie en scholing.
Afgelopen vrijdag zijn de uitkomsten van de derde ronde bekendgemaakt. Er gaat onder meer geld naar de ‘professionalisering’ van leraren. Daarmee worden bijscholing en nascholing bedoeld. Er is 73,1 miljoen euro toegekend en nog eens 86,5 miljoen euro is ‘voorwaardelijk’ toegekend. Voor dat tweede bedrag moet het project zich eerst enigszins bewijzen.
De hoop is dat bijgespijkerde leraren niet alleen de kwaliteit van het onderwijs verbeteren, maar ook dat het beroep van leraar aantrekkelijker wordt: dat zou het lerarentekort kunnen terugdringen.
Waarschuwingen
Het Centraal Planbureau heeft de voorstellen geanalyseerd en waarschuwt dat leraren van sommige scholen, juist door het lerarentekort, geen tijd zullen hebben om aan scholing deel te nemen. De overheid kan leraren niet verplichten tot deelname. Dit probleem zal waarschijnlijk vooral bij achterstandsscholen spelen, waardoor dit voorstel de verschillen in de samenleving kan vergroten.
Bovendien is er al een wirwar aan bijscholingspotjes. “Het voorstel noemt versnipperde bekostiging als knelpunt, maar biedt geen structurele oplossing”, aldus het CPB. Het is volgens het CPB de vraag of het project slaagt “als flankerend beleid uitblijft”.
Het voorstel is ingediend door het ministerie van Onderwijs. Deelnemende partijen zijn de koepelverenigingen van universiteiten en hogescholen (UNL en VH) samen met de koepelverenigingen in het primair en voortgezet onderwijs en het mbo. Verder zijn er vakbonden en vakorganisaties bij betrokken.
Verpleegkundigen
Voor verpleegkundigen en andere ‘zorgprofessionals’ zou er met virtual reality van alles mogelijk moeten zijn in de scholing, meent een ander consortium. Met dat plan slepen de partijen voor een project van zeven jaar 48 miljoen euro binnen, plus een reservering van 84 miljoen.
De naam van het project is Digital United Training Concepts for Healthcare, oftewel DUTCH. De deelnemers streven naar “schaalbare digitale leermiddelen”, die dus ook buiten de eigen opleiding bruikbaar zijn, en naar “fysieke en virtuele simulatie”. De helft van de huidige praktijkuren in de opleidingen tot operatieassistent, anesthesiemedewerker en radiodiagnostisch laborant zouden ook wel gesimuleerd kunnen worden, is de gedachte.
Microbiomen
Ook voor wetenschappelijk onderzoek is geld gereserveerd, bijvoorbeeld 200 miljoen euro voor onderzoek naar ‘microbiomen’. Dat zijn “complexe gemeenschappen van bacteriën, schimmels en virussen die in vele processen een belangrijke rol spelen”, staat in het rapport van de beoordelingscommissie. Kennis over microbiomen kan leiden tot toepassingen in de gezondheidszorg, land- en waterbeheer en de voedselproductie.
Maar de indieners moeten wel een beter voorstel maken. Er is te weinig focus (veel projecten, weinig samenwerking) en het is ook nog niet duidelijk hoe de stap naar commerciële toepassingen zal worden gezet.
Bij dit onderzoek zijn tien Nederlandse universiteiten betrokken (Nijmegen, Groningen, Delft, Leiden, Maastricht, Twente, Utrecht, de twee Amsterdamse universiteiten en Wageningen). Ook zes medische onderzoeksinstituten doen mee (ACTA, Amsterdam UMC, Erasmus MC, LUMC, Radboud UMC en UMCG). Daarnaast zijn allerlei bedrijven en kennisinstituten bij het voorstel aangesloten.
Dijkgraaf
Aan het hoofd van de commissie die de aanvragen moet beoordelen, staat Rianne Letschert, voorzitter van de Universiteit Maastricht. Voordat hij minister werd, was Robbert Dijkgraaf ook lid van de commissie. Hij trad terug toen hij minister werd.
Punt. Of had jij nog wat?