Studenten hebben meer waardering voor de sfeer aan hun opleiding dan voor het onderwijs, de toetsen, de docenten of de faciliteiten. Dat blijkt uit de Nationale Studenten Enquête 2024.
Bijna 268 duizend studenten van universiteiten en hogescholen hebben dit jaar de Nationale Studenten Enquête (NSE) ingevuld. Dat is ongeveer één op de drie. Zij gaven hun mening over allerlei aspecten van hun opleiding.
Hun waardering is de afgelopen jaren licht toegenomen: 73,4 procent is in het algemeen tevreden over de opleiding, tegen 71,5 procent in 2021. Het percentage ontevreden studenten daalde van 8,6 naar 7,0 procent. De rest is neutraal.
Hbo en wo
Maar er zijn wel verschillen. Aan de universiteit zijn studenten blijer dan in het hbo. Van de universitaire studenten is meer dan tachtig procent tevreden, terwijl dat bij de hbo-bachelors en associate degrees ongeveer 68 procent is. De hbo-masters hangen ertussenin met 74 procent tevreden studenten.
Studenten in de sector ‘landbouw en natuurlijke omgeving’ zijn al jaren het meest tevreden, terwijl studenten van lerarenopleiding en economische studies meer klagen dan de rest.
Instellingen
In een dashboard kun je ook instellingen vergelijken. Aan de uiteinden van het spectrum bevinden zich twee levensbeschouwelijke universiteiten. De Protestantse Theologische Universiteit scoort gemiddeld een 3,1 op de 5-puntsschaal van zeer ontevreden tot zeer tevreden, terwijl de Theologische Universiteit Apeldoorn op een 4,5 uitkomt. Het gaat in beide gevallen om enkele tientallen respondenten.
Studenten wordt ook naar de sfeer aan hun opleiding gevraagd. Dat is het enige onderwerp dat boven de vier scoort (4,1 om precies te zijn). Op alle andere thema’s, zoals toetsing, docenten, inhoud, studeerbaarheid en faciliteiten, is de waardering een paar tienden lager.
Bij de grote universiteiten lijkt de sfeer vooral goed in Wageningen, dat een kleine voorsprong heeft op het peloton van de overige universiteiten. De Open Universiteit scoort niet zo best op dit onderwerp, maar dat is logisch: afstandsonderwijs volg je niet voor de gezelligheid.
In het hbo krijgt bijvoorbeeld de kleine hogeschool De Kempel (een zelfstandige pabo) veel waardering voor de sfeer, terwijl grote hogescholen gemiddeld lager scoren. Ruim onderaan staat Wittenborg, een particuliere hogeschool.
Studiekeuze
De uitkomsten van de NSE verschijnen op Studiekeuze123.nl, waar jongeren kunnen grasduinen als ze een opleiding zoeken. Ook bijvoorbeeld weekblad EW (voorheen Elsevier) en de Keuzegids gebruiken de uitkomsten.
De studentenenquête is omstreden, omdat de uitkomsten tot ranglijstjes leiden. Wat zeggen die studentenoordelen eigenlijk over de kwaliteit, vragen critici zich af. En hoe vergelijkbaar zijn de scores tussen twee opleidingen precies, of tussen twee onderwijsinstellingen?
Daar kwam in het verleden bovenop dat er problemen waren met de uitvoering van de enquête, wat bij de instellingen tot onwil leidde. De hogescholen hebben vlak voor de coronacrisis een jaar niet meegedaan. Het toenmalige kabinet heeft deelname daarna verplicht gesteld.
Het Landelijk Centrum Studiekeuze, voorheen de stichting Studiekeuze123, maakt de NSE in opdracht van het ministerie van Onderwijs. In de adviesraad zitten vertegenwoordigers van universiteiten, hogescholen, particuliere instellingen en studentenorganisaties ISO en LSVb.
Na corona
De coronacrisis heeft een flinke deuk in de algemene tevredenheid van studenten geslagen. Vóór die tijd was 84 procent van de wo-studenten en 73 procent van de hbo-studenten ‘in het algemeen’ tevreden met hun opleiding. Het trekt bij, maar het is nog altijd een stuk minder.
Volgens de NSE-makers mag je deze vergelijking overigens niet trekken, omdat de vragenlijst in 2021 is herzien.
Punt. Of had jij nog wat?