Een student Integrale Veiligheidskunde verlaat na het maken van een tentamen het lokaal om naar de aula te gaan. Dat doet ze met een gedeelte van het opdrachtenformulier nog in haar hand. Eenmaal aangekomen, hoort ze van een vriendin dat ze dat formulier helemaal niet mocht meenemen. Daarop gaat ze terug naar het lokaal, om haar fout goed te maken. De hoofdsurveillant vermoedt echter fraude, waardoor het tentamen ongeldig wordt verklaard. Daar is de student het niet mee eens. Ze stapt naar het College van Beroep voor de Examens (Cobex).
Dat ze een grote fout maakte, realiseerde ze zich gelijk toen haar vriendin haar attendeerde op het opdrachtenformulier. Ze ging er naar eigen zeggen dan ook direct mee terug naar het lokaal. Balen doet ze ontzettend, vertelde ze tijdens de Cobex-zitting van vorige week waarbij ze zelf als eerste het woord kreeg. “Bij vorige tentamens mocht je het opdrachtenformulier vaak meenemen. Ik dacht dat dat nu ook mocht”, zegt ze.
Automatisme
Dat bleek niet zo te zijn. Op het tentamen stond nadrukkelijk dat álles in het lokaal moest achterblijven en dat werd vóór het tentamen ook nog eens verteld door de surveillanten. Volgens de examencommissie is dat in de meeste gevallen ook zo. “Ik heb dat niet gelezen en gehoord. Het was een automatisme voor me, ik dacht dat ik het wel mocht meenemen”, zegt de student.
Risico
De examencommissie vindt de tijd dat de student met het opdrachtenformulier uit het lokaal is geweest, zo’n tien tot vijftien minuten volgens hun gegevens, erg lang. “In die tijd valt niet uit te sluiten dat er fotokopieën zijn gemaakt van het formulier. Daardoor is fraude ook niet uit te sluiten”, laat een aanwezig lid weten. “Ondanks de waarschuwing om geen formulieren mee te nemen, heeft ze dat tegen de regels in toch gedaan. Ze had het duidelijk kunnen weten. Dan neem je het risico. Als examencommissie moeten we 100 procent kunnen uitsluiten dat er géén fraude is gepleegd. En dat kunnen we niet.”
De voorzitter van het Cobex heeft voor de zitting de Onderwijs- en Examenregeling (OER) doorgenomen. Daarin worden definities van verschillende soorten fraude gegeven, met daarbij de consequenties. Hij benoemt dat de minimale maatregel die genomen kan worden een berisping is en de maximale maatregel het ongeldig verklaren van het tentamen. Zoals in dit geval. “Waarom is gekozen voor deze zwaarste maatregel? We kunnen niet vaststellen dat er informatie van het opdrachtenformulier met anderen is gedeeld. Wat hadden studenten met de info op het blad kunnen doen?”
Te lange tijd
“Sommige tentamenvragen komen terug in volgende tentamens. Die opdrachten hadden gedeeld kunnen worden met anderen. Het is gewoon niet uit te sluiten dat er fraude is gepleegd”, laat de examencommissie weten. “Als de student er meteen bij het verlaten van het lokaal achter was gekomen dat ze het formulier mee had genomen, was het misschien een ander verhaal geweest. Maar dit was een te lange tijd.”
Het laatste woord is tot slot aan de student. Ze vindt het wrang dat de surveillant aan wie ze het formulier teruggaf, haar vertelde dat het zo prima was, maar dat er uiteindelijk toch uitrolde dat ze beticht werd van fraude. Dat bleek te komen doordat de hoofdsurveillant een andere mening had over het voorval.
Gegrond én ongegrond
Het Cobex verklaart het verzoek uiteindelijk deels gegrond en deels ongegrond. Wat betreft de geconstateerde fraude is het beroep ongegrond verklaard. Er is sprake geweest van voldoende zorgvuldige besluitvorming door de examencommissie. Wat betreft de hoogte van de sanctie is het beroep gegrond verklaard. Er is onvoldoende onderbouwd waarom de zwaarste sanctie – het ongeldig verklaren van het tentamen – is opgelegd en waarom niet met een lichtere sanctie had kunnen volstaan. Dat betekent dat de fraude en bijbehorende aantekening in het dossier van de student blijven staan, maar dat de hoogte van de sanctie moet worden herzien.
Punt. Of had jij nog wat?